e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L413p plaats=Helchteren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
regenen (alg.) regenen: (⁄t waes zoe goed as zeker dat ⁄t) rēgenen zō (Helchteren), reͅəgənə (Helchteren) regenen [ZND A1 (1940sq)] || Regenen. ¯t Was zo goed als zeker, dat het zou regenen. [ZND 46 (1946)] III-4-4
regenworm piering: piering (Helchteren), worm: wörm (Helchteren) pier, aardworm [Willems (1885)] || worm [Willems (1885)] III-4-2
rekenen rekenen: riëikene (Helchteren), rèkenen (Helchteren) rekenen [ZND 41 (1943)] III-3-1
reseda rose dgypte (fr.): Komt voor in WLD III, Flora; daar ontbreekt het ZND materiaal  rozezjiep (Helchteren) [ZND 35 (1941)] I-7
rest in het glas klatsje: kletsken (Helchteren) kleine hoeveelheid drank die onder in een glas overblijft [ZND 36 (1941)] III-2-3
restant vissen snoek: snòk (Helchteren) snoek [Willems (1885)] III-4-2
restant zoogdieren das: das (Helchteren) das [Willems (1885)] III-4-2
resten van het eten van dieren stront: stront (Helchteren) [L 34, 77b] I-11
reuk reuk: reuk (Helchteren) een reuk [ZND A2 (1940sq)] III-1-1
reumatiek jicht: jicht (Helchteren, ... ), reumatiek: rumatiek (Helchteren) reumatiek: hoe heet de gewrichtspijn die vooral bij bejaarde mensen voorkomt (fr. rhumatisme) ? [ZND 42 (1943)] III-1-2