18398 |
voile, falie |
sleep:
slø͂ͅəp (L413p Helchteren)
|
sluier [ZND A2 (1940sq)]
III-1-3
|
21268 |
volk (mensen) |
volk:
fulək (L413p Helchteren)
|
volk [RND]
III-3-1
|
21533 |
volk (natie) |
volk:
voͅlək (L413p Helchteren)
|
een volk [ZND A1 (1940sq)]
III-3-1
|
34304 |
volwassen, mannelijk varken (ongesneden) |
beer:
bei̯r (L413p Helchteren)
|
De benamingen in dit lemma duiden op het volwassen, ongesneden, mannelijk varken. Opgaven voor het volwassen, ongesneden, mannelijk varken die beantwoorden aan de woordtypen berg en barg zijn verplaatst naar het lemma ''gesneden mannelijk varken'' (1.2.2). Zie afbeelding 1. [N 19, 7; RND 46 en 84; S 2; A 4, 4a; L 1a-m; L 20, 4a; L 37, 49d; L 14, 12; JG 1a, 1b; monogr.]
I-12
|
20174 |
voogd |
momber:
momber (L413p Helchteren)
|
voogd (over minderjarige kinderen) [ZND 08 (1925)]
III-2-2
|
17747 |
voorhoofd |
voorhoofd:
de oaren van ze veurhuit (L413p Helchteren)
|
de aderen van zijn voorhoofd [ZND 19 (1936)]
III-1-1
|
33799 |
voorknie |
knie:
knęi̯ (L413p Helchteren)
|
Knie van een voorbeen. Zie afbeelding 2.22. [JG 1a, 1b; N 8, 32.5, 32.9, 32.10 en 32.11]
I-9
|
33206 |
voorrooien |
peuteren:
pø̄tǝrǝ (L413p Helchteren)
|
Controleren of de aardappelen rijp zijn, of ze voldoende groot zijn om gerooid te worden. Omschrijvende uitdrukkingen zoals "kijken of de aardappelen rijp zijn" zijn hier niet opgenomen. [N 12, 20]
I-5
|
32643 |
voorschaar |
schalmpje:
sxalǝmkǝ (L413p Helchteren
[(mv -s)]
)
|
De vóór het kouter geplaatste kleine schaar, die bij het ploegen de bovenste laag van de "harde voor" afschilt en deze met de mest en evt. onkruid in de open voor schuift. De in dit lemma vermelde meervoudsvormen zijn waarschijnlijk verstrekt naar aanleiding van een wentelploeg, die immers van twee boven elkaar staande voorscharen is voorzien. Voor het (...)-gedeelte van varianten zie men het lemma ploegschaar. [JG 1a + 1b + 1c; JG 2c ; N 11, 31.IV.a; N 11, 33f + g; N 11A, 85a; monogr.]
I-1
|
18278 |
voorschoot, schort (alg.) |
voordoek:
vurring (L413p Helchteren)
|
voorschoot (door vrouwen gedragen) [ZND 17 (1935)]
III-1-3
|