e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L413p plaats=Helchteren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
voile, falie sleep: slø͂ͅəp (Helchteren) sluier [ZND A2 (1940sq)] III-1-3
volk (mensen) volk: fulək (Helchteren) volk [RND] III-3-1
volk (natie) volk: voͅlək (Helchteren) een volk [ZND A1 (1940sq)] III-3-1
volwassen, mannelijk varken (ongesneden) beer: bei̯r (Helchteren) De benamingen in dit lemma duiden op het volwassen, ongesneden, mannelijk varken. Opgaven voor het volwassen, ongesneden, mannelijk varken die beantwoorden aan de woordtypen berg en barg zijn verplaatst naar het lemma ''gesneden mannelijk varken'' (1.2.2). Zie afbeelding 1. [N 19, 7; RND 46 en 84; S 2; A 4, 4a; L 1a-m; L 20, 4a; L 37, 49d; L 14, 12; JG 1a, 1b; monogr.] I-12
voogd momber: momber (Helchteren) voogd (over minderjarige kinderen) [ZND 08 (1925)] III-2-2
voorhoofd voorhoofd: de oaren van ze veurhuit (Helchteren) de aderen van zijn voorhoofd [ZND 19 (1936)] III-1-1
voorknie knie: knęi̯ (Helchteren) Knie van een voorbeen. Zie afbeelding 2.22. [JG 1a, 1b; N 8, 32.5, 32.9, 32.10 en 32.11] I-9
voorrooien peuteren: pø̄tǝrǝ (Helchteren) Controleren of de aardappelen rijp zijn, of ze voldoende groot zijn om gerooid te worden. Omschrijvende uitdrukkingen zoals "kijken of de aardappelen rijp zijn" zijn hier niet opgenomen. [N 12, 20] I-5
voorschaar schalmpje: sxalǝmkǝ (Helchteren  [(mv -s)]  ) De vóór het kouter geplaatste kleine schaar, die bij het ploegen de bovenste laag van de "harde voor" afschilt en deze met de mest en evt. onkruid in de open voor schuift. De in dit lemma vermelde meervoudsvormen zijn waarschijnlijk verstrekt naar aanleiding van een wentelploeg, die immers van twee boven elkaar staande voorscharen is voorzien. Voor het (...)-gedeelte van varianten zie men het lemma ploegschaar. [JG 1a + 1b + 1c; JG 2c ; N 11, 31.IV.a; N 11, 33f + g; N 11A, 85a; monogr.] I-1
voorschoot, schort (alg.) voordoek: vurring (Helchteren) voorschoot (door vrouwen gedragen) [ZND 17 (1935)] III-1-3