e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heppen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
o.l.v.-hemelvaart halfoogst: half oegst (Heppen) Hoe heet bij u de feestdag van O.L.V.-Hemelvaart (15 augustus)? [ZND 17 (1935)] III-3-2
ogenblikje, korte tijd, eventjes beetje: bitske (Heppen), even: effen (Heppen) even [ZND 34 (1940)] III-4-4
oliebol smoutbol: Syst. Frings  smāt˂boͅl (Heppen) Oliebol (nonnevot?) [N 16 (1962)] III-2-3
oliemolen slagmolen: slax[molen] (Heppen) Wind-, water- of rosmolen waarin uit zaden olie wordt geslagen. Het zaad wordt daartoe gekneusd met behulp van de zgn. kollergang bestaande uit twee verticaal geplaatste loperstenen. Het geplette zaad wordt in een pan verhit en vervolgens in wollen zakjes (builen) geborgen, waarna de builen in leren omslagen met een paardeharen voering gelegd worden. Het op deze wijze verpakte warme zaadmeel wordt daarna tweemaal geperst. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel -ømolenŋ het lemma ɛmolenɛ.' [JG 1a; JG 1b; Vds 15; Jan 15; Coe 5; Grof 5; monogr.; N D add.] II-3
omheinen afmaken: afmǭkǝ (Heppen) Iets omgeven met een omheining, meest van toepassing op een weiland. [N 14, 63; L 32, 45; A 25, 9; Gwn 16, 11; Vld.; monogr.] I-8
omheining afsluiting: afslø̜̄teŋ (Heppen), draad: drōt (Heppen) De omheining in het algemeen. [N 14, 62; N 14, 67; S 11, 13; L 19B, 5a; A 25, 5; RND 8, 20; Gwn 16, 11; monogr.] I-8
omhulsel van het teellid sluis: sløi̯s (Heppen) Schede van de roede. [JG, 1b; N 8, 36 en 37b] I-9
omzetten omzetten: ømzętǝ (Heppen) Het met de graanschop omkeren van het op de graanzolder uitgespreide graan. [JG 1a, 1b, 2c] I-4
onbewolkt klaar: kleer (Heppen) klaar, helder [ZND 01 (1922)] III-4-4
onderhaam onderhaam: ø̜ndǝrhǭm (Heppen) Twee met elkaar verbonden kussens die het paard onder het haam draagt, als dat te groot is. [N 13, 11; monogr.] I-10