e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L292p plaats=Heythuysen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
patates frites friet: friet (Heythuysen), patat friet: petat friet (Heythuysen) de staafjes aardappel die in vet gebakken en ook wel in zakjes verkocht worden? [DC 46 (1971)] III-2-3
pater pater (lat.): pa.tər (Heythuysen) pater [RND] III-3-3
pauzeren tukken: tukken (Heythuysen) heel even ophouden met werken [tukken] [N 85 (1981)] III-1-4
peetoom peter: peeter (Heythuysen), pèter (Heythuysen, ... ) peetoom (de oom naar wien iemand genoemd is) [DC 05 (1937)] || peter (de man, wiens naam het kind gewoonlijk ontvangt) [DC 05 (1937)] III-2-2
peettante peet: peet (Heythuysen, ... ), pèt (Heythuysen, ... ) meter (de vrouw, die het kind ten doop houdt en wier naam het kind gewoonlijk ontvangt) [DC 05 (1937)] || peettante (de tante naar wie iemand genoemd is) [DC 05 (1937)] III-2-2
pekdraad pekdraadgaren: pekdraadgaren (Heythuysen) De draad die men maakt door hennepvezels in elkaar te draaien en met pek in te smeren. [N 60, 195a; N 60, 238a; N 36, 44; L 40, 39] II-10
pekelkuip kuip: kȳp (Heythuysen), tob: top (Heythuysen) De houten kuip waarin men het gezouten vlees en spek bewaart. [N 28, 110; monogr.] II-1
penbalk draagbalk: draagbalk (Heythuysen), pinbalk: pinbalk (Heythuysen) De zware balk waar de pensteen op rust. Zie ook afb. 48. [N O, 29b; N O, 45c; A 42A, 89; A 42A, 17; monogr.] II-3
pendule klok: klok (Heythuysen), pendule: penduul (Heythuysen) Klok op de schoorsteenmantel (pendule, horloge) [N 79 (1979)] III-2-1
pensteen pinsteen: pinsteen (Heythuysen), steen: steen (Heythuysen) De steen op de penbalk waarin het achtereinde van de molenas en in het bijzonder de daaraan bevestigde ijzeren pin, de taats, draait. De pensteen is in het algemeen uit een harde steensoort vervaardigd en kent een halfcilindervormige uitsparing. Zie ook afb. 47 en 48. [N O, 29a; A 42A, 88] II-3