| 20374 |
ereboog voor het bruidspaar |
bruidsboog:
broeëdsbooëg (Q039p Hoensbroek)
|
de ereboog voor het bruidspaar [N 96D (1989)]
III-2-2
|
| 33610 |
erf |
goed:
gōt (Q039p Hoensbroek),
hof:
hōͅf (Q039p Hoensbroek)
|
I-7
|
| 33641 |
erf en omliggende landerijen |
goed:
gōt (Q039p Hoensbroek)
|
De algemene benaming voor het boerenerf met de omliggende landerijen. [N 5AøIIŋ, 76f; L 38, 23]
I-8
|
| 20217 |
erfenis |
erfenis:
erfenis (Q039p Hoensbroek, ...
Q039p Hoensbroek)
|
het geheel van wat iemand van een overledene krijgt [erfenis, erf] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 20300 |
erfgenaam |
erfgenaam:
erfgenaam (Q039p Hoensbroek, ...
Q039p Hoensbroek)
|
degene die een erfenis of een gedeelte daarvan krijgt [erfgenaam, erf] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 18837 |
ernstig |
ernstig:
ernstig (Q039p Hoensbroek),
menens:
meines (Q039p Hoensbroek),
menens (Q039p Hoensbroek)
|
van ernst vervuld [serieus, menens, ernstig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 33278 |
erwt, algemeen |
erwt:
ɛ̄rt (Q039p Hoensbroek)
|
Pisum L. Hier de algemene benaming voor de erwt (enkelvoud), voorafgaand aan de benaming voor de akkererwt (lemma Kapucijner, Velderwt) en aan de andere erwtensoorten (tuinerwt, doperwt, peulerwt, enz.) die in de moestuin worden gekweekt en die derhalve in de aflevering over de moestuin ter sprake zullen komen. [N 27, 2b; JG 1a, 1b; L A1, 121; L 34, 94; Wi 8; monogr.; add. uit N P, 24]
I-5
|
| 33579 |
erwten- of bonenranken |
ranken:
reng (Q039p Hoensbroek)
|
[N Q (1966)]
I-7
|
| 24729 |
esdoorn |
ahorn:
d’r ahorn (Q039p Hoensbroek),
es:
ideosyncr.
es (Q039p Hoensbroek)
|
De esdoorn: een grote boom met dichte kroon; de twijgen zijn donkergrijs met groene knoppen; het blad is donkergroen, aan de onderzijde grijs; de bloemen staan in hangende trosvormige pluimen, terwijl de gevleugelde zaden onderling een scherpe hoek vormen [N 82 (1981)]
III-4-3
|
| 21854 |
etalage |
etalage (<fr.):
etalage (Q039p Hoensbroek),
winkelruit:
winkelrôêt (Q039p Hoensbroek)
|
de grote winkelruit waarachter men zijn waren uitgestald heeft [vitrine, etalage] [N 89 (1982)]
III-3-1
|