e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoensbroek

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rozenkrans rozenkrans: roeëzekrans (Hoensbroek) De rozenkrans, het bidsnoer [bid-vr-ons?]. [N 96B (1989)] III-3-3
rozenkransmaand rozenkransmaand: roeëzekransmoand (Hoensbroek) De Rozenkransmaand (d.w.z. oktober). [N 96B (1989)] III-3-3
rozijn krent: ideosyncr.  krint (Hoensbroek), rozijn: reziēn (Hoensbroek) Een gedroogde druif (rozijn, serzijn). [N 82 (1981)] III-2-3
rozijnenbrood rozijnenweg: rozienewick (Hoensbroek) brood, waarin rozijnen gebakken worden [N 29 (1967)] III-2-3
rug rug: rùk (Hoensbroek) rug [DC 01 (1931)] III-1-1
rug van het blad van de zeis rug: røk (Hoensbroek) De opstaande stevige rand aan de buitenzijde van het blad van de zeis. Zie afbeelding 5, nummer 5. [N 18, 68e; JG 1a, 1b] I-3
ruggengraat ruggengraat: ruggegraat (Hoensbroek), ruGGegroat (Hoensbroek), rugstrang: ruksjtrank (Hoensbroek) rug: ruggegraat [ruggestrang, ruggegraat] [N 10 (1961)] III-1-1
ruggenwervel wervel: wirvel (Hoensbroek), wörvel (Hoensbroek, ... ) [N 10 (1961)] III-1-1
ruien ruien: rù-je (Hoensbroek) veer: elk der huidbekleedsels van een vogel bestaande uit een buisje dat aan weerszijden baarden en baardjes draagt (pluim, veer) [N 100 (1997)] III-4-1
ruige mest bovenste mest: bø̄vǝštǝ męs (Hoensbroek), jonge mest: joŋǝ [mest] (Hoensbroek), lange mest: laŋǝ [mest] (Hoensbroek), ruwe mest: ruu̯ǝ [mest] (Hoensbroek) Ruige mest is mest die pas uit de stal is gekomen en daarom nog onverteerd stro bevat. Deze mest vormt aanvankelijk de boven- of buitenlaag van de mesthoop, die o.i.v. zon en wind gemakkelijk verdroogt. Hij heeft daarom ook (nog) niet de kwaliteit van de in het vorige lemma bedoelde mest, die langer en dieper in de mesthoop heeft gezeten. De plaatselijke varianten van [mest [N M, 10b; N 11, 27 add.; N 11A, 4b; JG 1a + 1b add.; div.] I-1