e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoensbroek

Overzicht

Gevonden: 4563
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
blad van het strosnijmes mes: męts (Hoensbroek) Het metalen deel van het strosnijmes. Vergelijk ook de lemma''s ''blad van de zeis'' (3.2.11) in aflevering I.3 en ''blad van de zicht'' (4.3.7) in deze aflevering. Zie voor het verschijnsel dat de naam van de gereedschap als geheel ook wordt gebruikt voor het werkend deel ervan, ook het lemma ''vlegelknuppel, slaghout'' (6.1.10) in deze aflevering). Zie afbeelding 18, c. [N 18, 103a] I-4
blad, bladeren van een plant blad: blāt (Hoensbroek), blader: blār (Hoensbroek) Blad, als deel van een plant. De meervouden en verkleinwoorden zijn apart behandeld. [JG 1a, 1b; A 3, 1; L 1, a-m; L 4, 1; L 14, 16; L 32, 21; S 3; R 7, 25; R 12, 26; monogr.] I-4
bladerloze boom (boom) zonder blaren: ideosyncr.  eine baum zonder blajer (Hoensbroek), kale boom: inne kale boom (Hoensbroek) Een boom zonder bladeren (ijlboom). [N 82 (1981)] III-4-3
bladkool, snijkool losse, een -: loesj, inne - (Hoensbroek) [N Q (1966)] I-7
bladzijde blad: blaad van ein book (Hoensbroek) ieder van de beide zijden van een blad in een boek, tijdschrift etc. [teun, pagina, bladzijde] [N 87 (1981)] III-3-1
blaffen blaffen: blaffe (Hoensbroek), bletsen: bletsje (Hoensbroek) Hoe noemt u het gewone stemgeluid van een hond (blaffen, bassen, bletsen, basten) [N 83 (1981)] III-2-1
blaten beuken: bø̜̄kǝ (Hoensbroek) Geluid voortbrengen, gezegd van een schaap. [N 19, 76a; S 52, add.; Vld.; monogr.] I-12
blauw slachten slecht afgedaan: šlɛx āfxǝdōǝ (Hoensbroek), slecht gevild: slɛxt xǝvɛlt (Hoensbroek) Als de huid van het rund niet zorgvuldig wordt losgesneden, blijft er soms vet aan vastzitten, waardoor de blauwachtig gekleurde bovenlaag van het vlees dat op het rund blijft kleven, bloot komt te liggen. Omdat gevraagd was naar een uitdrukking voor dit "blauw slachten", komen er verschillende grammaticale categorieën voor in dit lemma. [N 28, 54] II-1
blauwe bosbes bosarbel: būšarbel (Hoensbroek), orbel: (ook) aardbei  orbel (Hoensbroek) bosbes, alg. [Roukens 03 (1937)] III-4-3
blauwe en bruine schimmel bruinschimmel: brunšømǝl (Hoensbroek) De blauwe schimmel is overwegend blauw of grijsblauw, met zwarte manen. Bij de bruine schimmels zijn allerlei schakeringen mogelijk: lichtbruin, donkerbruin, goudbruin, kastanjebruin, roodbruin, zwartbruin of geappeld bruin. Sommige gelijken in kleur sterk op de vossen, maar onderscheiden zich van deze door hun zwarte manen, staart en poten. In principe worden alle paarden die bruine of rode dekharen, zwarte manen en staart hebben, beschreven als bruin. [N 8, 63b] I-9