e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P188p plaats=Hoepertingen

Overzicht

Gevonden: 3594
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gelijkspelen boef spelen: boef spelen (Hoepertingen) quitte spelen, niet verliezen maar ook niet winnen [zijn zaad hebben, tot zijn zaad zijn, gelijk spelen, gelijk staan] [N 112 (2006)] III-3-2
geloof geloof: gəlu:f (Hoepertingen) Geloof. [ZND 01 (1922)] III-3-3
geloven geloven: geleuven (Hoepertingen), geluive (Hoepertingen), gəløjvə (Hoepertingen, ... ) Geloven. [ZND 01 (1922)], [ZND 35 (1941)] III-3-3
geluid maken, gezegd van de kammen een slag geven: nǝ slǭx ˲gēǝvǝ (Hoepertingen) Het geluid van de kammen van het aswiel bij het malen. Afhankelijk van het al dan niet goed functioneren van het gangwerk hoort men een aangenaam of een onaangenaam geluid. Dit laatste is bijvoorbeeld het geval wanneer de kammen niet op de juiste steek zijn gezet. [N O, 11p; Vds 95; Jan 114; Coe 89; Grof 112] II-3
geluk geluk: gəløk (Hoepertingen) een geluk [ZND A1 (1940sq)] III-1-4
geluksvogel; altijd geluk hebben gelukkige pin: een gelökkəge pin (Hoepertingen), gelukzak: gelukzak (Hoepertingen) Iemand die altijd geluk heeft. [ZND 35 (1941)] III-1-4
gemak gemak: ook ZND 23, 076  gemawk (Hoepertingen) gemak [ZND 01 (1922)] III-1-4
gemakkelijk gemakkelijk: ook materiaal znd 23, 77  gəmɛkələk (Hoepertingen) gemakkelijk [ZND 01 (1922)] III-1-4
gemaskerd persoon vastelavondman: vastelaovendman (Hoepertingen), vastəlujvətmān (Hoepertingen) Hoe heet: een gemaskerd persoon? [ZND 31 (1939)] || Maskeraad (gemaskerd persoon). [ZND 01 (1922)] III-3-2
gemeen gemeen: gəme[i}n (Hoepertingen), ook materiaal znd 23, 79  gəmɛjn (Hoepertingen) gemeen [ZND A2 (1940sq)] || gemeen (smerig, slecht) [ZND 01 (1922)] III-1-4