e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoepertingen

Overzicht

Gevonden: 3596
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
capuchon kap: kap (Hoepertingen) capuchon van een regenmantel [tröt] [N 23 (1964)] III-1-3
cariës rotte tanden: rotte taan (Hoepertingen) Cariës: tandbederf, langzame vernietiging van het glazuur van de tand (wolf, rotte tanden, cariës). [N 107 (2001)] III-1-2
carnavalsoptocht carnavalstoet: carnavalstoet (Hoepertingen) de optocht met carnaval [cavalcade] [N 112 (2006)] III-3-2
castagnetten castagnetten: castagnetten (Hoepertingen) de twee bolletjes van hout of ivoor die men aan de vingers bindt en tegen elkaar slaat [klepperkens, klepper, castagnetten] [N 112 (2006)] III-3-2
castreren boeten: bytǝ (Hoepertingen), bȳtǝ (Hoepertingen), bøi̯tǝ (Hoepertingen), snijden: snei̯ǝ (Hoepertingen), snē̜ǝ (Hoepertingen, ... ), snęi̯ǝ (Hoepertingen) Een mannelijk paard onvruchtbaar maken door de teelballen weg te snijden; men spreekt dan van een ruin. Vgl. het lemma ''ruin'' (2.1.3). [JG 1a, 1b; N 8, 60] || Het varken onvruchtbaar maken. Mannelijke varkens castreert men door ze de teelballen weg te nemen. [N 76, 44; JG 1a, 1b; monogr.] || In dit lemma worden twee manieren van castreren onderscheiden: A. onvruchtbaar maken door de teelballen weg te nemen, weg te snijden of te kwetsen, en B. onvruchtbaar maken door de teelballen af te binden of af te knijpen.. [N 3A, 19; JG 1a, 1b; A 3, 37; A 4, 12; L 4, 37; L 20, 12; Wi 16; monogr.] I-11, I-12, I-9
castreren met de open methode boeten: bytǝ (Hoepertingen) Bij de "open" methode worden de testikels uit de balzak gehaald. [N 77, 41] I-12
ceintuur band: ba.nt (Hoepertingen), ceintuur: ceintujr (Hoepertingen) Hoe noemt U: een ceintuur (band, sjerp?) [N 62 (1973)] III-1-3
cel cel: sɛl (Hoepertingen) Zeshoekige opening in de raat. De cel dient voor het uitbroeden van de larven of voor het bergen van honing en stuifmeel. De wijdte tussen de evenwijdige wanden wisselt naar de bijensoort en de ouderdom der raat van 4,74 mm tot 5,50 mm. De normale diepte is 12 mm maar ze kan ook wat minder zijn. [L 1a-m; S 3; Ge 37, 56] II-6
chagrijn chagrijns: sagārēͅns (Hoepertingen) chagrijn [ZND 01 (1922)] III-1-4
christoffelmedaille medaille (<fr.) van sint-christoffel: medaille van sint kristoffel (Hoepertingen) Een medaille van St. Christoffel in de auto of op de motor. [N 96B (1989)] III-3-3