e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoeselt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wapenschild schild: sjilt (Hoeselt) een bord waarop een wapen [bijv. van een legeronderdeel] geschilderd is [schild, wapie] [N 90 (1982)] III-3-1
warm weerx warm (weer): wèrm (Hoeselt) warm, gezegd van het weer [smoel] [N 81 (1980)] III-4-4
was was: wãs (Hoeselt) Afscheidingsprodukt uit de wasklieren van de bijen. Voorheen werd de bijenwas veel gebruikt als grondstof voor kaarsen. Momenteel wordt de bijenwas als grondstof vaak vervangen door plantenwas of belangrijk goedkoper te produceren chemicaliën. Nog steeds is de bijenwas van belang voor de bereiding van zalven, kosmetische produkten en boenwas, voor het modelleren van gietvormen en voor medische toepassingen. [N 63, 121a; JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 52; Ge 37, 145; monogr.] II-6
wasbord wasplank: waasplank (Hoeselt) de plank waarover gegolfd zink geslagen is, waarop men vuil goed wast (troffel, roefel, wasbord) [N 90 (1982)] III-2-1
wasgoed lijnwaad: lijvet (Hoeselt), was: waas (Hoeselt) Hoe noemt u het pas gewassen en gedroogd wasgoed? [N105 (2000)] III-2-1
wasketel marmiet: mërmit (Hoeselt) grote wasketel met hengsel III-2-1
wasknijper wasspang: waasspang (Hoeselt) wasspeld, wasknijper III-2-1
wasmand waskerb: wãskɛrǝp (Hoeselt) In het algemeen een van twee oren voorziene, ronde of ovale mand voor wasgoed. De wasmand was vaak van witte wissen gemaakt. Zie ook afb. 286. [N 20, 50; N 40, 95; N 40, 106; N 40, 107; N 40, 108; N 20, 48 add.; monogr.] II-12
wastafeltje in de sacristie lavabo (lat.): lavabo (Hoeselt), lavvebô (Hoeselt) Het wastafeltje of fonteintje in de sacristie, lavabo. [N 96A (1989)] III-3-3
wastobbe, wasteil bassin: m.  baseͅŋ (Hoeselt), waskuip: waaskaup (Hoeselt) teil, in de betekenis van zinken tobbe die ovaal van vorm is en twee handvatten heeft; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || waskuip III-2-1