e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoeselt

Overzicht

Gevonden: 5126
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bordenrek, schotelrek bredje: brēͅtšə (Hoeselt) rekje aan de wand waarop bordjes of sierbordjes worden geplaatst (teerekske) [N 20 (zj)] III-2-1
borduren borduren: bordūre (Hoeselt) Manier van handwerken waarbij met de naald figuren of bloemen in of op een stof worden vervaardigd (borduren, festonneren) [N 79 (1979)] III-1-3
borg blijven borg blijven: bøͅrg blijvən ver īmət (Hoeselt), eu tweemaal e klank van e (verlengd)  beurg blijve veur iemed (Hoeselt) Borg blijven voor iemand. [ZND 22 (1936)] III-3-1
borrel drupje: dröpke (Hoeselt), drùpkë (Hoeselt) borrel; Hoe noemt U: Een glaasje sterke drank, borrel (grigo, officiertje, tjipke, sprets, druppel, drup, kleintje, kloekmalder, propje, peut, wippertje, taaie, tikje, slokje, snapsje, spatje) [N 80 (1980)] || borreltje III-2-3
borrelen (van water) borrelen: borrele (Hoeselt), pruttelen: pruttĕle (Hoeselt) bobbelend naar boven komen, gezegd van water [borrelen, wellen, walen, kwelmen] [N 81 (1980)] || door opstijgende damp- of gasbellen in beweging zijn, gezegd van vloeistoffen [bobbelen, borrelen, portelen, drijven] [N 91 (1982)] III-4-4
borrelglaasje borrel: boͅrəl (Hoeselt, ... ), drupje: drøͅpkə (Hoeselt) jeneverglaasje met een voetje (borrel) [N 20 (zj)] III-2-1
borst borst: bǫ.s (Hoeselt) Zie afbeelding 2.19. [JG, 1b; N 8, 32.2] I-9
borstelig haar stekelhaar: stiekelhwor (Hoeselt) Borstelig haar (stekelhaar, pinhaar). [N 109 (2001)] III-1-1
borsten balkon: balkong (Hoeselt), borsten: bos (Hoeselt), broers: breur (Hoeselt), melkerij: mèlkërij (Hoeselt), memmen: memmë (Hoeselt), tetten: tettë (Hoeselt), tettenkraam: tettëkrwom (Hoeselt) borsten van de vrouw [mamme, memme, tette, tiete] [N 10c (1995)] III-1-1
borstkas borst: bos (Hoeselt), ich heb ne kā oͅp mən boͅs (Hoeselt), n kaa op de bos (Hoeselt) Borst(kas): het voorste deel van het menselijk lichaam tussen hals en middenrif (borst, borstkas, kluter). [N 84 (1981)] || Ik heb een kou op de borst. [ZND 22 (1936)] III-1-1