e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Holtum

Overzicht

Gevonden: 1896
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
etensresten verzauweld eten: Syst. WBD  verzauwelt aete (Holtum) Etensresten, overschotjes (orte?) [N 16 (1962)] III-2-3
evangelie evangelie: evangelie (Holtum, ... ) De tweede lezing, het evangelie [t evangillie, evangjillióm?]. [N 96B (1989)] III-3-3
evenaar, tweespanszwenghout dobbel warshout: dǫbǝl [warshout] (Holtum) De balans of het dubbele zwenghout is het dwarse verbindingsstuk tussen een (zwaar) akkerwerktuig en de beide zwenghouten van een tweespan. Zie afb. 99. Bij de betrokken woordtypen hieronder is in (d)wars e.d. steeds de a als klinker aangehouden, ook al beantwoordt aan de dialectvarianten meestal een type met e (dwerg e.d.) of ee (dweers e.d.). Voor het ''...''-gedeelte van sommige varianten zij verwezen naar het lemma ''zwenghout''. De daar onderscheiden typen eegdhaam, eeghaam, eghaam en hun varianten zijn in dit lemma door ''eghaam'' resp. ''eghaam'' gesubstitueerd. [JG 1b + 1c + 1d + 2c; N 11, 34b; N 11A, 104; N 13, 87 add.; N 17, 69b add.; div.; monogr.] I-2
feestpredicatie feestpredicatie (<lat.): fèjspredicatie (Holtum), feestpreek: feisprèk (Holtum) Een feestpredikatie. [N 96B (1989)] III-3-3
fiets fiets: fits (Holtum) Wat is de dialectbenaming voor een rijwiel in het algemeen [N 99 (1991)] III-3-1
fijne zeef, voor pootaardappelen maatzeef: mǭtzēf (Holtum) De tweede, en doorgaans middelste zeef, waardoor de kleinere aardappelen worden afgezonderd die als pootgoed worden gebruikt. [N 12, 34b] I-5
fluim fluim: fluum (Holtum) fluim [klad, kwalster, kwaaier] [N 10a (1961)] III-1-2
fluimen uitspuwen kwatsen: kwaatsje (Holtum) spuwen: fluimen uitspuwen [kwalstere, kwaajere, uitgooje] [N 10 (1961)] III-1-2
forsgebouwde koe stuk van een koe: støk van ǝn kō (Holtum) [N 3A, 141a] I-11
gaan gaan: gaon (Holtum) lopen, gaan; inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 10 (1961)] III-1-2