e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Horn

Overzicht

Gevonden: 3465
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bandschort met borststuk scholk: sjolk (Horn) schort met borststuk en schouderbanden [schortel, scholk, sjutsel] [N 24 (1964)] III-1-3
bangerik bange wezel: eine (bange) wezel (Horn), schouwe, een -: eine sjoewe (Horn), schuwerik: eine sjoewerik (Horn) bangerik [schiethoes] [N 07 (1961)] III-1-4
barmsijs bergsijs: bèrgsies (Horn) barmsijs III-4-1
barrevoets barvoets: bérves (Horn) barrevoets [SGV (1914)] III-1-3
bascule bascule: uu kort  baskuul (Horn) Weeginstrument met vaste vloer (bascule). [N 18 (1962)] III-3-1
bebroed bevrucht ei verbroed ei: vǝrbrø̄tj ęi̯ (Horn) [N 19, 54c] I-12
bed bed: beͅt (Horn) bed [RND] III-2-1
bedevaart bedevaart: bèvert (Horn) bedevaart [SGV (1914)] III-3-3
bedorven ei vuil ei: vūl ęi̯ (Horn), vuile eieren: vul ęi̯ǝr (Horn) [N 19, 54d; L 6, 39; S 31; monogr.] I-12
bedriegen bedriegen: bedrege (Horn), kullen: kulle (Horn) bedriegen [SGV (1914)] III-1-4