e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Horn

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stiekem eten pitsen: pitsə (Horn), slokken: schlókkə (Horn), snabbelen: snabbələ (Horn) stiekem eten; Hoe noemt U: Steeds weer stiekem eten (knaffelen, knaspelen) [N 80 (1980)] III-2-3
stiekem uit de ampullen drinken stiekem proeven: sjtiekem preuve (Horn) Stiekem uit de ampullen drinken [pölle köäre?]. [N 96B (1989)] III-3-3
stier stier: štīr (Horn) Mannelijk, niet gecastreerd rund. [JG 1a, 1b; A 4, 12; Gwn V, 1; L 7, 46; L 14, 14; L 20, 12; R 3, 38; S 35; Wi 14; monogr.; add. uit N 3A, 15] I-11
stijf van vingers en handen stijf: sjtief (Horn) stijf, van vingers en handen gezegd [scheef] [N 10 (1961)] III-1-2
stilstaan ju(j): jȳi̯ (Horn) Voermansroep om het paard te doen stilstaan. [JG 1b; N 8, 95e en 96; L B 2, 257; L 36, 81e; monogr.] I-10
stobbe boks: boks (Horn) Stronk van een gekapte boom die met het wortelstelsel nog in de grond zit. [N 50, 7e; N 75, 87c; A 45, 35; N 16, add.; monogr.] II-12
stoel stoel: štōl (Horn) stoel [SGV (1914)] III-2-1
stoep stoep: schtoep (Horn), sjtoep (Horn) stoep [SGV (1914)] || stoep, trottoir; hoe noemt men in uw woonplaats de stoep of het trottoir langs een straat? [DC 47 (1972)] III-3-1
stoep, trottoir stoep: schtoep (Horn) stoep [SGV (1914)] III-2-1
stof stof: sto͂f (Horn), st als in het duits, ao = o van encore, sleeptoon  staof (Horn) stof [DC 23 (1953)], [SGV (1914)] III-2-1