33872 |
de merrie is niet drachtig |
gust:
gø̜st (L325p Horn)
|
[N 8, 48 en 49]
I-9
|
23260 |
de middag luiden |
de middagsklok luiden:
middigsklok (L325p Horn),
middag luiden:
et leojt middig (L325p Horn)
|
Het angelus luiden rond het middaguur [het luidt......?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23550 |
de mis dienen |
de mis dienen:
mes deene (L325p Horn)
|
De mis dienen [diene, de mès deene?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23519 |
de mis doen |
mis doen:
mes doon (L325p Horn)
|
De mis doen, opdragen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23686 |
de missie preken |
de missie (<fr.) preken:
de missie praike (L325p Horn)
|
De missie preken. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23694 |
de portiuncula-aflaat verdienen |
portiuncula beden:
persjonkele baije (L325p Horn)
|
De kerk in- en uitgaan bij het bidden van de toties-qoties-aflaat. Dat kon men doen: a)op het Portiuncula-feest, b)op het feest van O.L. Vrouw van de Rozenkrans (7 oktober) en c)in de namiddag en avond van Allerheiligen en op de dag van Allerzielen. [pars [N 96B (1989)]
III-3-3
|
33926 |
de staart couperen |
zwensen:
žwɛnsǝ (L325p Horn)
|
Het kappen of afsnijden van de staart van veulens gebeurt na enkele dagen of weken. Nadat de staart zuiver gemaakt en afgebonden is, wordt hij afgesneden en toegebrand. [N 8, 103d]
I-9
|
34626 |
de stortkar doen achteroverslaan |
opstoten:
ǫpštǭtǝ (L325p Horn)
|
De kipbare bak van de stortkar doen kippen om de lading te lossen. Dit lemma vormt een aanvulling op het lemma kippen, storten in wld I.10. De kaart combineert de opgaven uit beide lemmata. [N 17, 88]
I-13
|
19859 |
de tafel dekken |
de tafel dekken:
də taofəl dèəkkə (L325p Horn),
dekken:
dékkə (L325p Horn),
déékkə (L325p Horn)
|
tafel dekken; Hoe noemt U: De tafel dekken (rechten dekken) [N 80 (1980)]
III-2-1
|
22706 |
de vier zijden van een bikkelbeentje |
kuil:
kuul (L325p Horn),
pens:
pens (L325p Horn),
steuntje:
sjtø͂ͅntjəs (L325p Horn)
|
De vier zijden van zon beentje. [N R (1968)]
III-3-2
|