e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Houthalen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
franje fralie: frāālies (Houthalen), frallie: (mv)  frālis (Houthalen) Hoe noemt U een randversiering bestaande uit een boordsel met een reeks afhangende draden, meestal in bundels of kwasten bijeengehouden (franje?)? [N 62 (1973)] || Randversiering bestaande uit een boordsel met een reeks afhangende draden, meestal in bundels of kwasten bijeengehouden. [N 62, 59; MW; S 9; monogr.] II-7, III-1-3
frankrijk frankrijk: viēə heͅmə en frankrək geziēͅətə (Houthalen), Vijje hemmen in Frankrijk gezeiten (Houthalen) Wij hebben in Frankrijk gezeten. [ZND 35 (1941)] III-3-1
fret fret: fret (Houthalen, ... ) Fret, een tam bunzingachtig diertje waamee de konijnen uit hun holen worden verdreven [N 94 (1983)] || fret: Hoe noemt u in uw dialect het marterachtige roofdier waarmee men jaagt op konijnen (het is de tamme albinovorm van de bunzing)? [N100 (1997)] III-4-2
fronsen fronsen: fronsen (Houthalen) Fronsen: tot rimpels samentrekken, gezegd van wenkbrauwen en voorhoofd (fronsen, fronselen, rimpelen). [N 106 (2001)] III-1-1
fruit bewaren een muik maken: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m, 38-51 nb. indien omspelling volgens RND: a = á (komt maar een keer voor op de lijst en het is niet duidelijk welke a daarmee bedoeld wordt).  nə muk makə (Houthalen) leggen de kinderen fruit te rijpen in verborgen hoekjes; hoe noemen zij dat: meuken of iets dergelijks? [ZND 01u (1924)] III-2-3
fruit eten frakken: niet rijp fruit eten  frakken (Houthalen) Niet rijp, gezegd van een vrucht (groen, groenweg). [N 82 (1981)] III-2-3
fruit, ooft fruit: fruit (Houthalen) [ZND 05 (1924)] I-7
fundament fondament: fǫnǝmęnt (Houthalen) De grondvesten van een gebouw. Het fundament kan al dan niet onderheid zijn, wordt in metselsteen, stampbeton of gewapend beton uitgevoerd en reikt tot aan het maaiveld of de begane grond. [N 31, 1a; N 31, 1b; N 31, 1c; monogr.] II-9
fundament van de schoorsteen fondamenten: fǫnǝmɛntǝ (Houthalen) Het metselwerk waarop de schoorsteen rust. Een fundament voor een meestal buiten de muur liggende schoorsteen opmetselen werd in Q 121 'een console uitmuren' ('eŋ kǫnsǫl ūsmūrǝ') genoemd. [N 32, 25b; monogr.] II-9
funderingssleuven uitsteken fondamenten uitgraven: fǫnǝmęntǝ ǫwt˲grāvǝ (Houthalen) Gleuven uitsteken langs de vier wanden op de bodem van de uitgegraven kelderruimte. In de sleuven worden later de fundamenten geplaatst. Zie voor het woordtype 'gescheuten' (Q 194) ook RhWb dl. VII, k. 962, s.v. 'Geschäu': ø̄das Mauerwerk aus Bruchsteinen an der Erde, auf dem die Balkenlage des Fachwerkhauses ruht.ø̄ [N 30, 25a; monogr.] II-9