20407 |
meerderjarig |
meerderjarig:
znd 1 a-m; 1u, 158; 31, 23b;
meerderjaarig (L414p Houthalen, ...
L414p Houthalen,
L414p Houthalen),
meerderjorig (L414p Houthalen, ...
L414p Houthalen,
L414p Houthalen),
zijn vauweren hebben:
znd 1 a-m; 1u, 158; 31, 23b;
hij heet zijn fouren (L414p Houthalen, ...
L414p Houthalen,
L414p Houthalen)
|
meerderjarig [ZND 01u (1924)] || meerderjarig (boven de 21 jaar) [ZND 01 (1922)] || meerderjarig ; hij is - (boven de 21 jaar) [ZND 31 (1939)]
III-2-2
|
21273 |
meester |
meester:
meester (L414p Houthalen),
mistər (L414p Houthalen)
|
(school)meester [RND] || onderwijzer; Hoe werd voor de 2e Wereldoorlog een onderwijzer van de lagere school genoemd? [DC 48 (1973)]
III-3-1
|
28868 |
meetlint |
lintmeter:
lentmītǝr (L414p Houthalen)
|
Een oprolbaar ± 150 cm lang meetlint, vervaardigd van linnen en inwendig van koperdraad voorzien om het rekken of krimpen tegen te gaan (Gerritse, pag. 21). Zie afb. 2. [N 59, 2; N 62, 69]
II-7
|
33337 |
meid, dienstmeid |
maagd:
māxt (L414p Houthalen),
meid:
mɛi̯t (L414p Houthalen)
|
Meid is een noordelijke vorm, een samentrekking uit maged, maagd. Kok en keukense slaan op de keukenmeid. Dienstbode is een expansie uit de (Noord-)Nederlandse standaardtaal. [L 1, a-m; L 1u, 156; L 38, 10; RND 118; R 12, 30; S 6 en 23; Wi 6; monogr.]
I-6
|
24582 |
meidoorn |
haagdoorn:
zie ook ZND01, a-m en ZND24, 039b, apart ingevoerd
haagdoorn (L414p Houthalen)
|
haag- of meidoorn, met witte bloemen [ZND 24 (1937)]
III-4-3
|
24331 |
meikever |
meikever:
meekiever (L414p Houthalen),
mēkejvər (L414p Houthalen),
ook in ZND 01u, 159 en ZND 16, 005;
meikiever (L414p Houthalen),
mulder:
moller (L414p Houthalen),
ook in ZND 01u, 159 en ZND 16, 005; dikker en grijzer op de vleugels
moller (L414p Houthalen),
spikkelkamp:
ook in ZND 01u, 159 en ZND 16, 005;
spikkelkamp (L414p Houthalen)
|
Hoe noemt u de meikever: een soort kever, 24-30mm lang; met dekschild, de poten en sprieten zijn bruinrood, de kop en het borststuk zwart met op de onderzijde een dichte witte beharing; de buiksegmenten zijn zwart met aan elke zijde een opvallende, helwit [N 83 (1981)] || meikever [ZND 01 (1922)], [ZND B2 (1940sq)]
III-4-2
|
21699 |
meineed |
valse eed:
vale ied (L414p Houthalen)
|
een valse eed, meineed [N 96D (1989)]
III-3-1
|
20309 |
meisje |
maagdje:
meigteke (L414p Houthalen),
wicht:
wicht (L414p Houthalen)
|
meisje [ZND 11 (1925)]
III-2-2
|
20366 |
meisje met wie een jongen verkering heeft |
meid:
meid (L414p Houthalen)
|
het meisje met wie men verkering heeft [parmeteit, meid, fem, frul, caprice] [N 115 (2003)]
III-2-2
|
18580 |
meisjeshemd |
wichterhemd:
wichterhump (L414p Houthalen)
|
Kinderondergoed, kinderhemd [N 114 (2002)]
III-1-3
|