| 18185 |
schoenveter |
schoennestel:
sxūneͅsəl (L414p Houthalen)
|
nestel (van een schoen) [ZND B1 (1940sq)]
III-1-3
|
| 19919 |
schoffel |
schoffel:
sxofǝl (L414p Houthalen)
|
Gereedschap om onkruid af te snijden en om de grond los te maken. Het bestaat uit een soort mes dat met behulp van een lange steel door de grond geschoven wordt. [N 18, 18a en 48; JG 1a, 1b; A 47, 11a; monogr.; add. uit N 15, 6; N 18, 4 en 50; GV, K7]
I-5
|
| 33302 |
schoffelen, wieden met de schoffel |
schoffelen:
sxofǝlǝ(n) (L414p Houthalen)
|
Met een schoffel de bovengrond tussen de plant(rijen) van een gewas zodanig bewerken dat de korstige bovenlaag verkruimeld en het onkruid afgestoken wordt. Het woord schoffelen kan niet alleen in absolute zin gebruikt worden, maar laat zich ook verbinden met een object. Dat kan de te bewerken grond zijn (akker, tuin, enz.) maar ook het te verzorgen gewas dat op die grond staat (bijv. de bieten), en ook het onkruid. [N 15, 6; JG 1a, 1b; monogr.; add. uit A 47, 11a]
I-5
|
| 33782 |
schoft |
schoft:
sxoft (L414p Houthalen)
|
Het benige uitsteeksel dat de hals van de rug scheidt, het hoogste punt van de ruggegraat. Zie afbeelding 2.17. [JG 1a, 1b; N 8, 14, 32.1 en 32.2]
I-9
|
| 33977 |
schoftzadel |
zadel:
zǭ.l (L414p Houthalen)
|
Het zadel dat een tussen berries ingespannen paard op de schoft draagt. [JG 1a, 1b; N 13, 64a; monogr.]
I-10
|
| 17964 |
schokschouderen |
de schouders optrekken:
sxorən oͅptrekən (L414p Houthalen)
|
schouders ophalen [schokschoere] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
| 22371 |
schommel |
schok:
een schok (L414p Houthalen),
ien schok (L414p Houthalen),
/
schok (L414p Houthalen),
puntje onder de o
ən sXok (L414p Houthalen)
|
Een schommel (Fr. balancoire). [ZND B1 (1940sq)] || Hoe heet het kinderspeeltuig, dat uit een plankje of bankje bestaat, welk door middel van twee touwen aan een dwarshout hangt en waarop het kind zich heen en weer laat zweven? [ZND 32 (1939)] || schommel [SND (2006)]
III-3-2
|
| 21277 |
school |
school:
de jung zijn nao de school (L414p Houthalen),
sxo.l (L414p Houthalen)
|
de kinderen zijn naar school [ZND 42 (1943)] || school [RND]
III-3-1
|
| 21425 |
schoolcijfer |
punt:
punten (L414p Houthalen)
|
cijfer; Op een schoolrapport krijgt men voor verschillende vakken (een) .... [DC 48 (1973)]
III-3-1
|
| 21286 |
schoolkinderen |
schooljongen:
sxo.ljyŋ (L414p Houthalen)
|
schoolkinderen [RND]
III-3-1
|