e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Houthalen

Overzicht

Gevonden: 4881
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
boot(je) boot(je): bateke (Houthalen), boet (Houthalen), ə bōtəkə (Houthalen), ps. omgespeld volgens Frings!  bōt (Houthalen) een bootje (om te roeien) [ZND 24 (1937)], [ZND B1 (1940sq)] || een klein open vaartuig met riemen of zeil voortbewogen [boot, schuit] [N 90 (1982)] III-3-1
bord telloor: tly(3)̄r (Houthalen), təly(3)̄r (Houthalen, ... ) bord (bij het eten gebruikt) [ZND 16 (1934)] || bord (bij het eten) [ZND B1 (1940sq)] III-2-1
borduren borduren: boͅrdy(3)̄rə (Houthalen) Manier van handwerken waarbij met de naald figuren of bloemen in of op een stof worden vervaardigd (borduren, festonneren) [N 79 (1979)] III-1-3
borg blijven borg blijven: būrg blijven veur iemand (Houthalen) Borg blijven voor iemand. [ZND 22 (1936)] III-3-1
borst borst: bǫrst (Houthalen) Zie afbeelding 2.19. [JG, 1b; N 8, 32.2] I-9
borstelig haar stekelig haar: stikəlex (Houthalen) borstelig haar (stekkerhaar, pinhoor] [N 10 (1961)] III-1-1
borsten memmen: memmen (Houthalen), tetten: tetten (Houthalen) borsten van de vrouw [mamme, memme, tette, tiete] [N 10c (1995)] III-1-1
borstkas borst: boͅrst (Houthalen), ich hem n kaa gepakt op mijn borst (Houthalen) een borst [ZND A1 (1940sq)] || Ik heb een kou op de borst. [ZND 22 (1936)] III-1-1
borstnet borstkleed: bǫrstklit (Houthalen) Vliegennet dat alleen voor de borst van het paard wordt gehangen. [JG 1a, 1b; N 13, 83b] I-10
borsttuig hondsgetuig: hǫns˲gǝtø̜i̯.x (Houthalen) Trektuig bestaande uit een stel leren riemen, dat wel eens gebruikt wordt in plaats van een haam, als het paard aan de schouders gedrukt is (zie WLD I, afl. 9, p. 111). In een vrij groot aantal opgaven verwijst de benaming voor een deel van het borsttuig naar het geheel, bv. het woordtype borstriem. Het omgekeerde, waarbij de term voor het geheel gebruikt wordt ter aanduiding van een onderdeel ervan, komt minder vaak voor (zie lemma Borstriem). [JG 1b, 1c, 1d, 2c; N 13, 51] I-10