e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Houthem

Overzicht

Gevonden: 1344
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
punt van de naald punt: pønt (Houthem) [Gi 1.IV, 13c] II-7
punthamertje penhamer: pęnhāmǝr (Houthem) Hamertje waarmee men gaatjes in een tegel kan slaan. De kop van het hamertje heeft daartoe doorgaans een kegelvormig, spits toelopend uiteinde. In Q 98 werd voor het maken van gaatjes in een tegel een 'boortje' ('bø̄rkǝ') gebruikt. [N 32, 42c] II-9
put ingedeukt: eŋgǝdø̄k (Houthem) Terugwijkend gedeelte van het metselwerk van een muur. [N 31, 47a] II-9
putter distelvink: distelvink (Houthem, ... ), putter: pötter (Houthem, ... ) putter || putter (12 man en pop gelijk; rood gezicht, geel in vleugel, wit in staart; hier alleen op trek; vrij schaars; distelliefhebber; zang is vrolijk, druk gedjiedel; veel in kooi [N 09 (1961)] III-4-1
raadsel(tje) raadsel(tje): e rötselke (Houthem), raadsel (Houthem) raadsel [N 07 (1961)] || raadseltje [N 07 (1961)] III-3-2
raar, vreemd raar: raar (Houthem), vreemd: vrèm (Houthem) raar [DC 02 (1932)] || vreemd: Hoe luidt in uw dialect het woord - [DC 19 (1951)] III-1-4
raden raden: rao (Houthem) raden [N 07 (1961)] III-3-2
ramen lappen ruiten wassen: roete wessje (Houthem) ramen zemen [DC 15 (1947)] III-2-1
rammelaar rammelaar: remməlèr (Houthem) konijn, mannetje [DC 04 (1936)] III-2-1
ransuil ransuil: ransuul (Houthem) uil: ransuil (36 oorpluimpjes, bijna alleen in mastbossen; broedt in oud kraaienest; roep [oe-oe-oe-oe] [N 09 (1961)] III-4-1