e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hulsberg

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vocht afscheiden lekelen: lɛ̄kǝlǝ (Hulsberg), vemen: vɛ̄mǝ (Hulsberg) [N 8, 45, 46 en 48] I-9
vod lommel: lŏŏmməl (Hulsberg) versleten stuk doek of stof [vod, bul, tod, slet] [N 86 (1981)] III-1-3
voederbieten kroten: kru̯a.tǝ (Hulsberg) Beta vulgaris L. subsp. vulgaris. De algemene benaming van de bieten die gekweekt worden om als veevoeder te worden gebruikt. De voederbiet groeit grotendeels boven de grond, in tegenstelling tot de suikerbiet waarvan alleen de bladerkruin boven de grond uitkomt. De plant gedijt het best op losse vochthoudende zandgrond en verdraagt zware stalmest- of gierbemesting. Het is vanouds een in Limburg veel verbouwd veevoeder dat in het eigen gemengde bedrijf werd benut. Voor de fonetische documentatie van het tweede woorddeel in de samenstellingen zoals voederbieten, waarvan dat tweede element ook als enkelvoudig woord in het lemma voorkomt, zie onder dat enkelvoudig woord, i.c. bieten. In de vragenlijsten is steeds naar de meervoudsvorm gevraagd. [N 12, 38; N 12A, 1; JG 1a, 1b, 1d, 2b, 2c; A 13, 2b; L 43, 4b; monogr.] I-5
voedsel eten: éétə (Hulsberg) voedsel; Hoe noemt U: Al wat tot voeding kan dienen, al wat men eet (kost, vreet, knibbel, inslag, mast, eten, eet, spijs, bik, aas, voedsel) [N 80 (1980)] III-2-3
voertuig kar: kar (Hulsberg) de algemene naam voor een constructie op wielen die geduwd of getrokken wordt of door een motor voortbewogen wordt en die bedoeld is om personen of goederen te vervoeren [voertuig, voiture] [N 90 (1982)] III-3-1
voetganger voetganger: vootgengər (Hulsberg) een persoon die te voet gaat [voetganger, voetreiziger, voeteerder] [N 90 (1982)] III-3-1
vogel op de schutsboom vogel: vogel (Hulsberg) De houten vogel die afgeschoten moet worden. [N 88 (1982)] III-3-2
voile voile (fr.): vwalə (Hulsberg) lichte sluier die van een dameshoed afhangt [voile, vool, voel] [N 86 (1981)] III-1-3
volk (natie) volk: volk (Hulsberg) de gezamenlijke bewoners van een staat [volk, natie, diet] [N 88 (1982)] III-3-1
volle maan volmaan: vol moan (Hulsberg) schijngestalte van de maan: volle maan [N 81 (1980)] III-4-4