e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hulsberg

Overzicht

Gevonden: 1552
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kantongerecht kantongerecht: kantongərech (Hulsberg) het laagste rechtscollege, bevoegd tot kennisneming van kleine burgerlijke zaken en tot berechting van overtredingen [kantongerecht, tribunaal] [N 90 (1982)] III-3-1
karakter (aard) aard: aart (Hulsberg) de kenmerkelijke innerlijke, geestelijke eigenschappen waardoor de ene persoon zich van de andere onderscheidt [aard, karakter, tuk, inboezem] [N 85 (1981)] III-1-4
kastplank schap: šāp (Hulsberg) plank in een kast [DC 44 (1969)] III-2-1
kauwen knauwelen: knauələ (Hulsberg) kauwen; Hoe noemt U: Voedsel met de tanden en kiezen fijnmaken (kauwen, knauwen) [N 80 (1980)] III-2-3
keel la(ai): (Hulsberg) Zie afbeelding 2.16. [JG 1a, 1b; N 8, 29] I-9
kegelen kegelen: keigele (Hulsberg) De sport bedrijven waarbij met een bal getracht moet worden een aantal flesvormige houten voorwerpen, de kegels, omver te werpen [kegelen, bollen]. [N 88 (1982)] III-3-2
kerk kerk: heer waos te vreug in de kèrrek (Hulsberg) te vroeg in de kerk zijn [N 08 (1961)] III-3-3
kern moer: mōr (Hulsberg) Uitsteeksel dat komt bloot te liggen, wanneer de koe een hoorn afstoot. [A 4, 15; L 20, 15] I-11
kerstlied kerstliedje: kɛ̄slētjə (Hulsberg) Een lied dat in de kersttijd veel gezonden wordt [leis, kerstliedje]. [N 90 (1982)] III-3-2
kettingeg, weide-eg ketting[eg]: ketting[eg] (Hulsberg) De kettingeg bestaat uit een vier-, soms driehoekig raam of slechts uit een losse voor- en achterbalk, waartussen kettingen gespannen zijn. Aan deze kettingen zijn korte en lichte tanden bevestigd. Zie afb. 13 en 14. Met de kettingeg wordt voornamelijk licht werk verricht. Het bekendst is het gebruik als weide-eg. Men bewerkt de weide met de kettingeg om de grasmat luchtiger te maken, om mest te verspreiden en molshopen te slechten. Men kan de kettingeg ook gebruiken om gerooide en in panden gelegde suikerbieten van de aanklevende aarde te ontdoen. Soms wordt met de kettingeg ook akkerland bewerkt. Van enige termen aan het einde van het lemma vindt men de plaatselijke varianten in het lemma ´akkersleep, weidesleep´ vermeld. Voor ''eg'' en ''eg'' zie men de toelichting bij het lemma ''eg''. [JG 1a + 1b + 2c; A 13, 16b; A 40, 10; N 11, 72e + 71 add.; N 11A, 163a + 181f; N 14, 81 add.; N J, 10; N P, 18b; monogr.] I-2