e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hunsel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
motorfiets stoomfiets: stô.umfits (Hunsel) motor [RND] III-3-1
motregen, fijne regen miezel: miezəl (Hunsel) klein beetje regen [muggepis, pleisterke regen] [N 81 (1980)] III-4-4
motregenen, licht regenen pofregenen: ət pofrèèngəltj (Hunsel) zeer weinig regenen, zodat de grond maar net nat is [spruikelen] [N 81 (1980)] III-4-4
mout mout: mout (Hunsel) Het op de eest of eestvloer gedroogde en eventueel geroosterde graan. Zie ook de semantische toelichting bij het lemma ''eesten''. [N 35, 20; L 1a-m; L 1u, 166; S 5; Jan 14d; monogr.] II-2
mouw mouw: mouw (Hunsel) mouw [SGV (1914)] III-1-3
mug mug: mök (Hunsel) steekmug [DC 18 (1950)] III-4-2
muik moelde: moolj (Hunsel), week: in de weik (Hunsel) meuk [SGV (1914)] || mui; Hoe noemt U: (Geheime) bergplaats voor onrijp fruit (mui, ponk, bier, moele, loering, gielgoerde) [N 80 (1980)] III-2-3
muiltje slof: sloffe(n) (Hunsel) Hoe noemt men de muilen? [DC 09 (1940)] III-1-3
muis muis: mōēs (Hunsel) muis [SGV (1914)] III-4-2
muis (mv.) muis (mv.): muus (Hunsel) muizen (mv.) [SGV (1914)] III-4-2