e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hunsel

Overzicht

Gevonden: 1928

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
achterwerk kont: kòntj (Hunsel), vot: vot (Hunsel) Bil. Ook platte woorden! [DC 01 (1931)] III-1-1
adem adem: oam (Hunsel) adem [SGV (1914)] III-1-1
ademen asemen: oaseme (Hunsel) ademen [SGV (1914)] III-1-1
ader ader: oar (Hunsel), oare (Hunsel) ader [SGV (1914)] || aderen [SGV (1914)] III-1-1
afdak afdak: aafdaak (Hunsel) afdak [SGV (1914)] III-2-1
afgeroomde melk foetsjmelk: futšmølk (Hunsel), ondermelk: oŋǝrmɛlk (Hunsel) De vloeistof die overblijft als de melk ontroomd is. [A 7, 15 en 17; A 23, 4a; L 27, 29; JG 1a, 1b; L 1u, 103; Lu 1, 3 en 4a; monogr.] I-11
afkalven afbrokkelen: (aaf)brokkələ (Hunsel) afkalven, stuksgewijs afschuiven en instorten gezegd van oevers, slootkanten enz [inkalven, inkavelen, inkelderen] [N 81 (1980)] III-4-4
afkoken kort: kòrt (Hunsel) Hoe noemt U: Met (in) weinig water gekookt, gezegd van groenten (kort) [N 80 (1980)] III-2-3
afkomst afkomst: aafkòmst (Hunsel) afkomst [N 87 (1981)] III-2-2
afrikaantje afrikaantje: -  afrikaantjes (Hunsel) Afrikaantje (tagetes patula). De bladeren zijn samengesteld en tevens ovaal. De bloemkorfjes staan op zeer verdikte stelen. Het zijn lage plantjes, welke vaak gebruikt worden voor randen en mozaïek-perken. De bloemen zijn donkergeel, meest met bruin gekle [DC 54 (1979)] III-2-1