e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hushoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
oude man oude: aoje (Hushoven) oude man III-2-2
oude vrouw oude: aoj (Hushoven) oude vrouw III-2-2
ouders ouders: aojers (Hushoven), oajers (Hushoven) ouders || ouders; Komt dit woord in het dialect wel voor? [DC 05 (1937)] III-2-2
overdwars eggen dwars [eggen]: dwē̜rs (Hushoven) Men egt een akker in de breedte om de ploegvoren te breken of om hem van onkruid te zuiveren. Meestal wordt de akker daarna ook nog eens in lengte geëgd. In de betrokken woordtypen hieronder verschijnen dwars, wars e.d. steeds met a als klinker, ook al beantwoordt aan de meeste dialectvarianten veeleer een type met e (dwers e.d.) of ee (dweers e.d.). Voor het werkwoordelijk deel eggen en de weglating daarvan bij de varianten zie men de toelichting op het lemma ''eggen''.' [JG 1a + 1b + 1c + 2c; N 11, 84b; N 11A, 176d + 189d; monogr.] I-2
overgordijn gordijn: gərdīn (Hushoven), overgordijn: uəvərgərdīn (Hushoven) gordijn || overgordijn III-2-1
overlangs heen en weer eggen in de lengte [eggen]: en dǝ leŋdjǝ (Hushoven) Bedoeld wordt de manier van eggen, waarbij men in de lengterichting werkend, na het keren de volgende egbaan onmiddellijk (soms met een kleine overlapping) laat aansluiten bij de vorige. Voor het werkwoordelijk deel eggen en de weglating daarvan bij de varianten zie men de toelichting bij het lemma ''eggen''. [JG 1a + 1b + 1c + 1d; JG 2c; N 11, 84a; N 11A, 176c + 189c; monogr.] I-2
overloop overloop: uəvərløͅi̯.p (Hushoven) overloop III-2-1
overmouwen mouwen: mǫu̯ǝ (Hushoven) De aflegger, en ook de binder (zie paragraaf 4.6), beschermde zijn armen tegen de stekende en snijdende halmen door er overmouwen overheen te schuiven. Vaak zijn het een paar oude kousen waarvan de teenstukken zijn afgeknipt; vandaar het type strompen: (afgesneden) kousen. [N 15, 54; JG 1a, 1b; monogr.] I-4
overrijp, beurs gaarrijp: gieëriêp (Hushoven), melig: v fruit, droog en korrelig  maelig (Hushoven) melig || overrijp, rot I-7
overtrek tijk: tēk (Hushoven) bedovertrek III-2-1