e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ingber

Overzicht

Gevonden: 1089
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
koken (intr.) koken: koake (Ingber) koken [DC 03 (1934)] III-2-3
konijnenhol konijnshol: WLD  kn‧iŋshoͅ.əl (o.) (Ingber) Hoe noemt u het in de grond uitgegraven verblijf van een konijn (kneut, pijp, potje) [N 83 (1981)] III-4-2
kooksel gekookts, het -: gək‧oͅks (Ingber) kooksel; Hoe noemt U: Het gekookte, het kooksel (kokenage, kook, zooi) [N 80 (1980)] III-2-3
koolraap kolraap: koͅlr‧ap v. (Ingber), reube: r‧øかə v.mv. (Ingber) De koolsoort die aan de stronk vlak boven de grond ronde raapvormigeknollen heeft die eetbaar zijn (raapkool, koolrabie, koolraap, bagger, knolraap). [N 82 (1981)] || Koolraap; de dikke vlezige wortel (onder de grond) van de plant met dezelfde naam die als groente of als veevoer wordt gebruikt (koolraap, raapkool, knolraap). [N 82 (1981)] I-7
kooppenning godsalder: WNT: heller - vaak, in jonger vorm, helder -, Mhd., nhd., mnl. heller. Oorspronkelijk eene Duitsche munt, benoemd naar Hall in Zwaben (verg. daalder de waarde was die van 1/2 of ongeveer 1/3 penning.  godssalder (Ingber) het geld dat de koper, of huurder contant ontvangt om de overeenkomst te bevestigen [huurpenning, godspenning, handpenning, worrel, weerder] [N 89 (1982)] III-3-1
koopwaar koopwaar: koopwaar (Ingber), spul: spul (Ingber), waar: waar (Ingber) die goederen die gekocht en verkocht kunnen worden [waar, koopwaar, spul, marchandise, kramerij, artikel] [N 89 (1982)] III-3-1
kort geknipt haar korte haren: koͅ.rtə h‧ōͅrə (Ingber) overal kort geknipt hoofdhaar [tieters] [N 86 (1981)] III-1-1
korte dikke wortel stompwortel: što.mpwoͅ.təl v. (Ingber) Korte, dikke wortels (mollestaarten). [N 82 (1981)] III-4-3
korter maken een kortere weg pakken: ene kottere wèg pakke (Ingber) een af te leggen afstand korter maken door een rechtere weg te nemen (richten) [N 90 (1982)] III-3-1
kostbaar kostbaar: kostbaar (Ingber) veel geld waard (zijn) [durabel, kostelijk, kostbaar] [N 89 (1982)] III-3-1