e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ingber

Overzicht

Gevonden: 1089
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tegen de bal schoppen stoten: sjtoete (Ingber) Tegen de bal schoppen in het voetbalspel [schoppen, trappen]. [N 88 (1982)] III-3-2
tegenvaller strop: en strup (Ingber) een zwaar geldelijk verlies [krook] [N 89 (1982)] III-3-1
tetanus klem: klɛm (Ingber) Tetanus: ziekte waarbij een verstijving van de spieren optreedt, die begint bij de kauwspieren en zich dan uitspreidt over de rompspieren (klem). [N 84 (1981)] III-1-2
tien centiem tien centiem: 10 centiem (Ingber) een muntstuk van 10 centimes (in België) [s(j)oe, sol, brak, knap, klomp] [N 89 (1982)] III-3-1
tocht, zuiging van lucht daar trekt het zich: t.t.  dao trekt et zich (Ingber), v.t.  dao trok et zich (Ingber), trek: m.  treͅk (Ingber) tocht, vrij sterke zuiging van de lucht door een beperkte ruimte heen [scheut, trek, zicht, jacht, trok] [N 81 (1980)] III-4-4
toegangsprijs entree (<fr.): entree (Ingber), ontree (Ingber) de prijs die men moet betalen om ergens binnen te komen [entree, inkom, inkomgeld, inkomprijs] [N 89 (1982)] III-3-1
toekruid, algemeen gekruid: gəkr‧yi̯ə o.mv. (Ingber) De kruiden die bij de bereiding bij groente of vlees gevoegd worden om de smaak van het gerecht te verbeteren, in het algemeen (kruid, toekruid, specerij). [N 82 (1981)] I-7
toeslag toeslag: toeslag (Ingber) het geld wat men voor kosten boven de koopprijs moet betalen op een veiling [onraad, ongeld, kavelgeld, herengeld, beugelgeld, toeslag] [N 89 (1982)] III-3-1
tollen draaien wie een kokkerel: #NAME?  drii̯ə wi ənə koͅ.kərēͅ.l (Ingber) Tollen: draaien als een tol (trijzelen, bollen). [N 84 (1981)] III-1-2
tonen laten zien: lōͅtə zē.n (Ingber) tonen: Laten zien, tonen (togen). [N 84 (1981)] III-1-1