19434 |
pannen schuren |
schrobben:
schroebben (P219p Jeuk),
skroebbe (P219p Jeuk)
|
Vlekvrij maken van b.v. pannen door te schuren b.v. met zand (schuren, schrobben) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
29931 |
pannenbier |
tractatie:
traktǭsi (P219p Jeuk)
|
De drank, vaak bier, die bij het richtfeest wordt geschonken. [N 88, 184; monogr.]
II-9
|
20700 |
pannenkoek |
pannenkoek:
pannekoek (P219p Jeuk)
|
pannenkoek [ZND 40 (1942)]
III-2-3
|
18295 |
pantoffel |
slof:
enne sloef (P219p Jeuk),
Pantoffels.
sloefen (P219p Jeuk)
|
pantoffel [ZND 40 (1942)] || Schoeisel met laag bovenwerk (meestal zonder of met weinig hak) dat men gemakkelijk aan- en uitschiet, om in huis te dragen (pantoffel?) [N 60 (1973)]
III-1-3
|
20057 |
pantoffeltje |
pantoffeltjesbloem:
pantoffelkesbloem (P219p Jeuk)
|
Pantoffeltje (calceolaria officinale). De twee meeldraden zijn beweegbaar, ongeveer als bij salie. Bladeren tegenoverstaand of verspreid, de onderste samengesteld, de bovenste alleen meer of minder ingesneden; de bladrand is dubbel gezaagd. De zwavelgele [N 92 (1982)]
III-2-1
|
21954 |
pap (kropmelk) |
pap:
pap (P219p Jeuk)
|
Hoe heet verder: de pap of kropmelk waarmee de jongen eerst gevoed worden? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
30762 |
papborstel |
papborstel:
pap˱bǫsǝl (P219p Jeuk)
|
De borstel waarmee men het plaksel op het behang en de muren smeert. Vaak wordt als papborstel een blokwitter of een handveger gebruikt. [N 67, 94b]
II-9
|
21126 |
papier |
papier:
papier verfroemele (P219p Jeuk),
papier verkreunkele (P219p Jeuk)
|
papier frommelen, verfrommelen [ZND 35 (1941)]
III-3-1
|
17551 |
papperig, opgeblazen persoon |
papzak:
papzak (P219p Jeuk)
|
Dik, pafferig (papperig, vet, maf). [N 109 (2001)]
III-1-1
|
23900 |
paradijs |
paradijs:
Paradijs (P219p Jeuk)
|
Het Paradijs [et paredies]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|