e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kanne

Overzicht

Gevonden: 2364
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zeven met de handzeef schoffelen: šufǝlǝ (Kanne) Zaaigraan winnen uit het met de wan gezuiverde graan door het te zeven. [N 14, 41b, 42b en 43b; JG 1a, 1b; Wi 43; S 45; monogr.] I-4
zeven, builen buidelen: bygǝlǝ (Kanne) Het meel zeven. In P 222 maakt men een onderscheid tussen teemsen en boulteren. De eerste term gebruikt men voor het zeven van meel met de hand door middel van een zeef. Wanneer deze bewerking machinaal door de molenaar wordt uitgevoerd, spreekt men van ɛboulterenɛ. Zie ook het lemma ɛuitzeven van de zemelenɛ in wld II.1, pag. 85.' [N O, 38a; Vds 241; Jan 239; Coe 215; Grof 244; monogr.; N 18, 136; N 18, 136 add.; JG 1b] II-3
zeveren zeveren: zuivert (Kanne) Het kind zevert (als het tanden krijgt). [ZND 08 (1925)] III-1-1
zich bemoeien met bemoeien: bemūən (Kanne) ik kan me daarmee niet bemoeien [ZND 21 (1936)] III-3-1
zich bij het stappen op de voorhoeven trappen struikelen: strȳkǝlǝ (Kanne) [N 8, 75 en 79] I-9
zich haasten zich spoeden: us spo.iə (Kanne), zich spooje (Kanne) Zich haasten (zich haasten, zich spoeden, spujen) [N 108 (2001)] || Zich haasten. We moeten ons haasten om de bus te halen. [Lk 05 (1955)] III-1-2
zich niet lekker voelen zich krank voelen: kraank veule (Kanne), zich niet goed voelen: zich neet goot veule (Kanne), zich niet lekker voelen: zich neet lekker veule (Kanne) Zich niet lekker voelen (niet lekker, niet goed, gammel, krank). [N 107 (2001)] III-1-2
zich over de rug wentelen (zich) wentelen: wēnsǝlǝ (Kanne), w˙ēnsǝlǝ (Kanne) Geregeld gaan de paarden op hun rug liggen en slaan met de poten in de lucht. Zij doen dit vooral bij jeuk of buikpijn. [JG 1a, 1b; N 8, 69] I-9
zich verkleden omkleden: zich ömklaeje (Kanne) Zich verkleden [verkleden, omkleden, omtrekken, iets anders aandoen] [N 114 (2002)] III-1-3
zich warm aankleden warm aandoen: zich waerem aondoên (Kanne), warm aankleden: zich waerem aonklaeje (Kanne) Zich warm aankleden [(in)duffelen, inpakken, warm aandoen] [N 114 (2002)] III-1-3