e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kaulille

Overzicht

Gevonden: 3656
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bles bles: blęs (Kaulille) Witte streep op het voorhoofd van de koe. [N 3A, 136b; N 3A, 135b] I-11
blijven wachten blijven: blieven (Kaulille), blīēven (Kaulille) blijven [ZND 25 (1937)] III-4-4
blijvend gebit paardstanden: pē̜rstɛ̄n (Kaulille) Op vijfjarige leeftijd heeft het paard een volwaardig gebit, meestal paardstanden genoemd. [JG 1a, 1b; N 8, 18a en 18b] I-9
bliksem, bliksemflits weerlicht: wēͅrlext (Kaulille) bliksemschicht, bliksemstraal [weerlicht, blidderum] [N 22 (1963)] III-4-4
bliksemen bliksemen: hət bleksəmt (Kaulille), weerlichten: hət wēͅrlext (Kaulille), Opm. ee = fr. è.  ⁄t weerlicht (Kaulille, ... ) bliksemen [ZND 21 (1936)] || bliksemen met een felle straal [t vuurlicht] [N 22 (1963)] || het bliksemt [ZND 01 (1922)] III-4-4
blindemannetje spelen blinddoeken: bli:ndoeke (Kaulille), bli:ndókke (Kaulille) (Kinderspelen): Blindemannetje spelen. || het spel waarbij één van de spelers die de anderen moet vangen geblinddoekt is [kakkemommen, blindemannetje, blindekoe, blindekoekoek] [N 112 (2006)] III-3-2
bloed roeren bloed pitsen: blōt pitsǝn (Kaulille) Als het dier gestoken is, vangt men soms het bloed op om dit later in de bloedworst te verwerken. Om te voorkomen dat het bloed stolt, roert men er met de hand wat stro, een houtje of iets dergelijks doorheen. [N 28, 17; monogr.] II-1
bloedaders bloedaderen: blūǝtārǝ (Kaulille) Aders zichtbaar op de uier. [N 3A, 118c] I-11
bloedworst bloedworst: bloodworst (Kaulille), blōtwoͅrst (Kaulille) bloedworst [Goossens 1b (1960)], [ZND 21 (1936)] III-2-3
bloedzuiger bloedzuiger: bloodsoeger (Kaulille), echel: echel (Kaulille) bloedzuiger [ZND 33 (1940)] III-4-2