e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kaulille

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wbd: in trek een goede prijs opbrengen: ps. omgespeld volgens Frings.  nə gujə pris oͅpbreͅŋə (Kaulille) Goed in de markt liggend, een goede prijs opbrengend [willig, b.v. de eieren zijn willig deze maand?] [N 21 (1963)] III-3-1
weddenschap weddingschap: wɛdiŋschap (Kaulille) weddenschap [RND] III-3-2
weduwe weef: weef (Kaulille) weduwe [ZND 08 (1925)] III-2-2
weduwnaar wedeman: wedeman (Kaulille) weduwnaar [ZND 08 (1925)] III-2-2
weefkamer weefkamer: wē̜fkāmǝr (Kaulille) De kamer of het vertrek waarin geweven wordt en waar het spinnewiel of de weefstoel staat. Dat kan de keuken, de opkamer, de naaikamer of een kamer(tje) zijn. In dit lemma gaat het om een weefruimte in het huis. [N 39, 4; N 5A (I] II-7
weekblad? illustratie (<fr.): illustrasie (Kaulille), perroquet?: [Fr. perroquet?, rk]  piroke (Kaulille) weekblad met veel prenten en fotos [ZND 36 (1941)] III-3-1
weer genezen weer genezen: wir genèzen (Kaulille), weer op zijn juste (fr.): weer op zijnen juste (Kaulille), weer op zijn kilo: weer op zijnen kilo (Kaulille), weer op zijn plooi: wir op zien plooi (Kaulille), weer op zijn water: weer op zijn water (Kaulille) hij is weer op zijn effen (weer genezen) [ZND 34 (1940)] III-1-2
weerborstel weerborstel: wae:rborst`l (Kaulille) valse kruin, zomaar ergens in het hoofdhaar [wersboorsel, wirborstel] [N 109 (2001)] III-1-1
weerlichtx weerlicht: wēͅrlext (Kaulille) weerlicht waarvan men de eigenlijke straal niet ziet, oplichtend aan de horizon [zeebrand] [N 22 (1963)] III-4-4
weersgesteldheid weer: weer (Kaulille) (vuil, slecht) weer [ZND 08 (1925)] III-4-4