e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Keent

Overzicht

Gevonden: 1396
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
knap meisje aardig maagdje: aarig maechtje (Keent) mooi meisje III-1-4
kneden kneden: knē̜i̯ǝ (Keent) De boter kneden om de melk, die zich nog tussen de boterdeeltjes bevindt, eruit te drukken. In sommige gebieden werd de boter tegelijkertijd gewassen. Zie voor de fonetische documentatie van (boter) en (botter) het lemma ''boter'' (12.14) in deze aflevering. [A 28, 7; L 1a-m; L 1u, 114; L 6, 7; L 22, 8; Ge 22, 8 en 69; R 3, 76 en 77; monogr.] I-11
kneu heivink: hejvînk (Keent), knuiter: knuiter (Keent) kneu III-4-1
knieband voor een stier of kalf kniezelen: knejzē̜lǝ (Keent) IJzeren, soms houten beugel of ring aangebracht ter hoogte van de knie, meestal met een touw om de horens. Deze knieband wordt bevestigd om de koeien los te kunnen laten lopen en tevens ze in bedwang te kunnen houden. [N 3A, 14c; monogr.] I-11
knikkerkuiltje kuiltje: kŭŭlkə (Keent) Een holletje in de grond, door de kinderen gebruikt bij het knikkeren? [DC 21 (1952)] III-3-2
kniptor hanneskeknik: vero  hanneskeknik (Keent) kniptor III-4-2
knoest knar: knar (Keent) knoest III-4-3
knokkelkuiltjes kuiltjes: kŭŭlkes (Keent) De deukjes op de gewrichten tussen hand en vinger, die men ziet op de handjes van dikke babys, maar ook wel bij dikke kinderen en mensen? [DC 21 (1952)] III-1-1
knolselderij knopselderie: knópselderi-j (Keent) knolselderij I-7
knoop knoop: knǭwp (Keent) Plat, rond schijfje of min of meer bolvormig voorwerpje van been, hout, metaal enz., dat aan kleding of andere gebruiksvoorwerpen wordt genaaid, hetzij als een middel om ze te doen sluiten of met een deel van hetzelfde of met een ander stuk te verbinden. [N 59, 135; N 62, 65a; Gi 1.IV, 48; Wi 5; S 18; MW; monogr.] II-7