e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Keent

Overzicht

Gevonden: 1396
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
roos (rosa) roos: roeës (Keent) roos III-2-1
rotten, van fruit verschrumpelen: verschrûmpele (Keent) verschrompelen I-7
rouw rouw: De mannen droegen ten teken van rouwe een rouwband (zie ald.) en de vrouwen waren één jaar in het zwart gekleed bij de dood van hun echtgenoot  roûw (Keent) rouw III-2-2
rouwband rouwband: roûwbânt (Keent) rouwband III-2-2
rouwbrief doodsbrief: doeëtsbreef (Keent), rouwbrief: roûwbreêf (Keent) rouwbrief || rouwbrief, doodsbericht III-2-2
rozenbottel hanenkul: mv.  haankölle (Keent), papenkul: paapekölle mv. (Keent) rozebottels || rozenbottel III-4-3
ruien ruizelen: ruûzele (Keent) ruien III-4-1
rundvee vee: viǝ (Keent) Als vee gehouden runderen. Rundvee in het algemeen. Zie afbeelding 1. [N 3A, 1; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
ruwe stenen zonnebakkers: zonǝbɛkǝrs (Keent) In de zon gedroogde, maar nog niet gebakken stenen. In de zon gedroogde stenen werden soms gebruikt voor binnenmuren. Voorwaarde was dat ze niet met water in aanraking kwamen. Volgens de invuller uit Q 83 waren de stenen voldoende gedroogd, wanneer zij wit uitsloegen. Men zei dan: de stenen zijn wit (d\ stēn zen wet). [N 30, 53c; N 98, 107; N 98, 164; monogr.; S 37 add.; N 31, 14 add.] II-8
s woensdags de goensdag: ps. blz. 99 van deel 2 (N-W). BNO.  degoonsdig (Keent), tegoonzig (Keent) s woensdags III-4-4