34393 |
mannelijk schaap |
bok:
boq (Q255p Kelmis)
|
Het mannelijk schaap in het algemeen. Varianten van het woordtype hamel die voor "mannelijk schaap" zijn opgegeven, zijn naar het lemma ''gesneden mannelijk schaap'' (2.2.5) overgeheveld. [L 5, 30b; L 20, 22a; L 39, 44; L 6, 25; L B2, 319; JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 2, 46; A 4, 22a; Wi 12; AGV, m 3; R 3, 34; VLD; S, Q 105 add.; monogr.]
I-12
|
21271 |
markt |
markt:
ma:t (Q255p Kelmis)
|
markt [RND]
III-3-1
|
24945 |
marmer |
marmor:
marmore beld (Q255p Kelmis)
|
marmeren beeld [ZND 21 (1936)]
III-4-4
|
22739 |
marmeren beeld |
beeld:
e marmer béé:ld (Q255p Kelmis),
marmore beld (Q255p Kelmis)
|
Een marmeren beeld. [ZND 21 (1936)] || Marmeren beeld. [N 06 (1960)]
III-3-2
|
20909 |
mayonaise |
mayonaise:
m`jónéés (Q255p Kelmis)
|
mayonaise [RND]
III-2-3
|
21273 |
meester |
leraar:
liərər (Q255p Kelmis)
|
(school)meester [RND]
III-3-1
|
27230 |
meesteropzichter |
vaarstijger:
vārštī-jǝr (Q255p Kelmis)
|
Opzichter over verschillende andere opzichters. Hij had verscheidene afdelingen onder zich. [monogr.]
II-4
|
33337 |
meid, dienstmeid |
maagd:
māt (Q255p Kelmis)
|
Meid is een noordelijke vorm, een samentrekking uit maged, maagd. Kok en keukense slaan op de keukenmeid. Dienstbode is een expansie uit de (Noord-)Nederlandse standaardtaal. [L 1, a-m; L 1u, 156; L 38, 10; RND 118; R 12, 30; S 6 en 23; Wi 6; monogr.]
I-6
|
34237 |
melk |
melk:
mī.lǝk (Q255p Kelmis)
|
De hoofdzakelijk uit water, eiwit, vet en melksuiker bestaande witte vloeistof die door het vrouwelijk rund wordt afgescheiden. Op de kaart is het woordtype melk niet opgenomen. [A3, 3; A 11, 1c; A 17, 17; A 7, 14; RND 40; RND 127; S 23; JG 1a, 1b, 2c; L 1a-m; L 4, 3; L 29, 5; NE 3, V 6n; Vld.; Gwn 10, 1; monogr.]
I-11
|
21288 |
melkboer |
melksman:
miləgsma:n (Q255p Kelmis)
|
melkboer [RND]
III-3-1
|