e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kelmis

Overzicht

Gevonden: 1094
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
op de tenen lopen op zijn tenen lopen: op zen tiejne loope (Kelmis) lopen: op zijn tenen lopen [op zn vurvoete] [N 10 (1961)] III-1-2
op een mijn werken op gene berg werken: (men zegt) ex werǝk op ǝnǝ bęrǝx (Kelmis) [monogr.] II-4
op een sukkeldrafje lopen schokkelen: tsökkele (Kelmis) lopen: op een sukkeldrafje lopen [schokke, op n schökske loope] [N 10 (1961)] III-1-2
op hopen zetten op hopen zetten: op hø̄p zetǝ (Kelmis) Op hopen zetten van de ertsen op de opslagplaats. [monogr.] II-4
opeengestapeld liggen opeengestapeld liggen: opējǝštāpǝlt lī-jǝ (Kelmis) Het opgestapeld liggen van de verschillende ertssoorten. [monogr.] II-4
opeenstapelen opeenstapelen: opēštāpǝlǝ (Kelmis) In hopen opstapelen van de verschillende ertssoorten, voordat ze verder vervoerd worden. [monogr.] II-4
ophaalmachine vordermachine: vørdǝrmašiŋ (Kelmis) De machine die de schachtkabels voor de schachtkooi aandreef. [monogr.] II-4
ophaalmachinist vordermachinist: vørdǝrmašǝnist (Kelmis) Arbeider die de ophaalmachine bediende voor de kooi in de schacht. [monogr.] II-4
opmaken opkrijgen: jɛ.lt op tə krijə (Kelmis) geld opdoen (opmaken) [RND] III-3-1
opnieuw openhakken opeennieuwts opbouwen: opǝnyts ophowǝ (Kelmis) Een dichtgevallen mijngang opnieuw openhakken. Dit was een taak van de houwer in het onderhoud. [monogr.] II-4