| 21480 |
speelplaats |
speelplaats:
speelplaats (L320b Kelpen)
|
de plaats voor of bij de school waar de leerlingen voor of na de schooltijd en tijdens de pauzes verblijven [cour, speelplaats] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 19339 |
speels |
speels:
spee.ls (L320b Kelpen)
|
geneigd tot spelen, tot rondspringen [dartel, speels, ondeugend] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 20287 |
speen |
fiep:
fiep (L320b Kelpen),
tutter:
tuttər (L320b Kelpen)
|
speen; een gummidop op een zuigfles [speen, fiep, frutter, tutter, toetje, fiepke, frut, stiekse] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
| 22467 |
speler die twee beurten heeft |
dam:
dam (L320b Kelpen)
|
Een speler die twee beurten heeft om het aantal gelijk temaken in bepaalde spelen [dam, dame]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
| 22327 |
spelletje |
spelletje:
speͅlkə (L320b Kelpen)
|
Het spelen van een spel door twee of meer personen [partijtje, potje, spelletje]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
| 20165 |
spenen |
afzetten:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook aantekening van de invuller, op de laatste pagina!
aa.fzéttə (L320b Kelpen),
spenen:
spenen (L320b Kelpen)
|
Hoe heet verder: het apart zetten, spenen van de jongen? [N 93 (1983)] || spenen; een kind van de speen of de borst afwennen [spenen, spanen] [N 86 (1981)]
III-2-2, III-3-2
|
| 17719 |
sperma |
sperma:
sperma (L320b Kelpen)
|
Sperma: het mannelijk zaad (foeter, natuur, sperma). [N 84 (1981)]
III-1-1
|
| 33513 |
sperziebonen |
prinsessenbonen:
WLD
prinsessebonen (L320b Kelpen),
sperziebonen:
WLD
sperziebonen (L320b Kelpen)
|
De gewone boon met gezwollen zaden, prinsesseboon,sperzieboon, (slaboon, kereboon, herenboon, boterboon, prinses, suikerboon). [N 82 (1981)]
I-7
|
| 20535 |
spetteren |
sprinkelen:
sprinkəLə (L320b Kelpen)
|
sudderen; Hoe noemt U: Knetteren van de boter in de pan bij verhitting (snerken, sudderen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
| 33589 |
spitskool |
spitskool:
WLD
spitskûûl (L320b Kelpen)
|
De koolsoort met puntig toelopende kroppen; spitskool (spitskool, suikertop, kegel). [N 82 (1981)]
I-7
|