21116 |
stevig, gezegd van voedsel |
stevig:
stevig (L320b Kelpen)
|
stevig, gezegd van voedsel (straf) [N 91 (1982)]
III-2-3
|
19308 |
stiekem |
stiekem:
stiekum (L320b Kelpen, ...
L320b Kelpen)
|
boosaardige streken in het geheim bedrijvend [heimelijk, geniepig, gniep, stiekem] [N 85 (1981)] || niet laten blijken dat iets bekend is of plaats vindt, in het geheim dingen doend [stiekem, heimelijk, tersmuiks] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
20579 |
stiekem eten |
sneuken:
snūīke (L320b Kelpen)
|
stiekem eten; Hoe noemt U: Steeds weer stiekem eten (knaffelen, knaspelen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
19327 |
stijfkop |
stijfkop:
stie.fkop (L320b Kelpen)
|
iemand die zeer koppig is, die niet graag ongelijk toegeeft [stijfkop, werskop, stijloor, strekel] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19328 |
stijfkoppig |
wars:
wéérs (L320b Kelpen)
|
niet gemakkelijk te bewegen een houding of opvatting te laten varen of ongelijk te bekennen, zeer koppig [stug, wers] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18014 |
stikken |
stikken:
stikkə (L320b Kelpen)
|
Stikken, sterven door ademgebrek (stikken). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
17738 |
stinken |
stinken:
stin.kə (L320b Kelpen)
|
Stinken: een vieze reuk van zich geven (stinken, rieken, ruiken, muffen, dassen). [N 84 (1981)]
III-1-1
|
20306 |
stok of twijg om een kind te straffen |
lat:
lat (L320b Kelpen)
|
een stok of twijg om een kind te straffen [lat] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20519 |
stokvis |
stokvis:
stokvéəs (L320b Kelpen)
|
bolling; Hoe noemt U: Gezouten en gedroogde vis (bolling) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
18683 |
stola |
stola (lat.):
stola (L320b Kelpen)
|
De stola, de stool. [N 96B (1989)]
III-3-3
|