e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kelpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vrouwelijke haas haas: haas (Kelpen) Haas, wijfjeshaas [N 94 (1983)] III-4-2
vrouwelijke kwartel wijfje: wiefke (Kelpen) het wijfje van de kwartel (zij) [N 83 (1981)] III-4-1
vrouwenkant vrouwluikant: vrouwluujkantj (Kelpen) De rechterhelft van de kerk, het gedeelte rechts van het middenpad, dat bestemd was voor de vrouwen [epistelkant, vrouwenkant, vrouwliekant?]. [N 96A (1989)] III-3-3
vruchtvlies vliezen: vliezə (Kelpen) Vlies waarin het ongeboren kind zich bevindt (helm). [N 84 (1981)] III-2-2
vuistslag op de rug dof: duf (Kelpen) Een slag met de vuist op iemands rug [druts, does, dof]. [N 88 (1982)] III-3-2
waarderen waarderen: waarderen (Kelpen) op de juiste of op hoge waarde schatten, op prijs stellen [waarderen, tellen] [N 85 (1981)] III-1-4
waarschuwen waarschuwen: waarsjuuwə (Kelpen) het attent maken op gevaar of nadeel dat men door een bepaalde oorzaak zou kunnen ondervinden [vermaan, waarschuwing] [N 85 (1981)] III-3-1
wacht wacht: wacht (Kelpen) de taak om de kazerne te bewaken [vigilantie, wacht, faction] [N 90 (1982)] III-3-1
wachten op de geloste duiven wachten: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook aantekening van de invuller, op de laatste pagina!  wachtə (Kelpen) Hoe zegt men: wachten op de geloste duiven? [N 93 (1983)] III-3-2
wachthouden bij een dode waken: wa.kə (Kelpen) wachthouden bij een dode [waken] [N 87 (1981)] III-2-2