e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kerensheide

Overzicht

Gevonden: 492

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dasspeld dasspang: dasspang (Kerensheide) dasspeld [dasspang] [N 23 (1964)] III-1-3
dikke, warme mantel mantel: mantel (Kerensheide) damesmantel, warme ~ [windvanger, kabang] [N 23 (1964)] III-1-3
doofpot snupperpot: snupperpot (Kerensheide) pot, gegoten, van ijzer, waarin men het houtskool koud laat worden (aomerepot, kriekepot, smoorpot) [N 20 (zj)] III-2-1
doopjurkje doopskleedje: deupskleidje (Kerensheide) doopjurkje [deumhemke] [N 25 (1964)] III-2-2
doopmutsje mutsje: mutske (Kerensheide) doopmutsje [N 25 (1964)] III-2-2
doopsprei doopsprei: deupssprei (Kerensheide) dekentje waaronder de dopeling naar de kerk wordt gedragen [N 25 (1964)] III-2-2
door water het lopen met schoeisel aan batteren (<fr.): bettere (Kerensheide) lopen: met schoenen of klompen door het water lopen [daawele, dabbere, bettere] [N 10 (1961)] III-1-2
doordeweekse kleren doordeweekse kleren: doordeweêkse kléjer (Kerensheide) door-de-weekse kleren [t s werkendagse dinge, werkdinge] [N 23 (1964)] III-1-3
draagriem licht: lex (Kerensheide) Riem die op het lagere middengedeelte van het schoftzadel wordt gelegd en die twee lussen bevat die de berries van de kar ophouden. [JG 1b, 1c, 2a, 2b; N 13, 70] I-10
drinkbeker bak: aardenwerk  bak (Kerensheide) drinkbeker, aarden of stenen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1