18044 |
huiduitslag |
brobbels:
broebels (K317a Kerkhoven),
uitslag:
utslag (K317a Kerkhoven)
|
Huiduitslag: plaatselijke verandering van de huid in de vorm van vlekken, pukkeltjes, etc. (uitslag, pukkels, broebels). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
17689 |
huig |
lelletje:
lelleke (K317a Kerkhoven)
|
Huig: het kegelvormig uitsteeksel van het weke gehemelte aan de ingang van de keel; het lelletje in de keel (huig, huik, lel(ke), ziel). [N 106 (2001)]
III-1-1
|
17956 |
huppelen |
huppelen:
huppele (K317a Kerkhoven)
|
Huppelen: met kleine sprongetjes zich voortbewegen (hippen, hoppen, huppen, huppelen) [N 108 (2001)]
III-1-2
|
22405 |
hutselen |
hutselen:
hutselen (K317a Kerkhoven)
|
schudden van het geld voordat men het opgooit [hutselen, uteren] [N 112 (2006)]
III-3-2
|
17995 |
ijlen |
dollen:
dollen (K317a Kerkhoven),
ijlen:
ijlen (K317a Kerkhoven)
|
Ijlen: door koorts verward, onsamenhangend spreken (ijlen, bazelen, raaskallen, baageren, dolen). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
32907 |
ijzeren gaffel, oogstgaffel |
gaffel:
gafǝl (K317a Kerkhoven)
|
Twee- of drietandige ijzeren vork, met lange, enigszins gebogen tanden en een lange houten steel, gebruikt om hooi of korenschoven op te steken en op de wagen te laden. Zie afbeelding 10, b. Voor het voorkomen van de term riek en van varianten van het type gāfel, zie de toelichting bij het lemma ''houten gaffel''. Voor de fonetische documentatie van het woorddel (hooi) zie het lemma ''hooi''.' [N 18, 27; JG 1a, 1b; A 28, 2; L 1 a-m; L 16, 18a; L B2, 241; Lu 6, 2; S 9; Wi 3; Av 1 III 5a, b; monogr.]
I-3
|
17846 |
in beweging komen |
(zich) bewegen:
bewege (K317a Kerkhoven),
op gang komen:
op gang kome (K317a Kerkhoven)
|
In beweging komen (op gang komen, (zich) roeren, bewegen) [N 108 (2001)]
III-1-2
|
20442 |
in de doodskist leggen |
kisten:
kisten (K317a Kerkhoven)
|
een dode in de doodskist leggen [lichteren, kisten] [N 115 (2003)]
III-2-2
|
17878 |
in de rug slaan (met de vuist) |
doffen:
doffe (K317a Kerkhoven)
|
Met de vuist in de rug slaan (doffen, dompen, stompen, stoten, sjtokken) [N 108 (2001)]
III-1-2
|
20383 |
in ondertrouw gaan |
ondertrouw doen:
ondertrouw doen (K317a Kerkhoven),
ondertrouw gaan:
ondertrouw gaan (K317a Kerkhoven)
|
aangifte doen bij de ambtenaar van de burgerlijke stand, waarbij de aanstaan-de echtgenoten elkaar verklaren dat zij met elkaar een huwelijk willen aangaan; in ondertrouw gaan [verscholen, ondertrouwen, ondertrouw doen, aantekenen] [N 115 (2003)]
III-2-2
|