e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kerkrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
genoegen (doen) tevreden: tse vreie (Kerkrade) tevredenheid, genoegen [trek, plezier, goesting, snoel] [N 85 (1981)] III-1-4
geraamte geraams: geremps (Kerkrade), gerēmps (Kerkrade), jeréms (Kerkrade) geraamte [N 10a (1961)] III-1-1
gereed gereed: jereed’ (Kerkrade), klaar: kloͅər (Kerkrade), paraat: paraat (Kerkrade), vaardig: veëdiech (Kerkrade), veëdieg (Kerkrade), veë’dieg (Kerkrade), vørdig (Kerkrade) gereed, klaar [DC 03 (1934)] || gereedkomen met wat men te verrichten heeft [geraken, klaarkomen] [N 85 (1981)] || klaar [ZND A2 (1940sq)] || klaar, gereed || vaardig [ZND A1 (1940sq)] III-1-4
gereedschap geschier: gǝšiǝr (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Willem-Sophia]), jǝšiǝr (Kerkrade  [(Domaniale / Wilhelmina)]   [Domaniale]), getuig: jǝtsyx (Kerkrade  [(Domaniale / Wilhelmina)]   [Domaniale]) Algemene benaming voor het gereedschap. [N 95, 721; N 95, 724; N 95, 727; monogr.] II-5
gereedschap inleveren [gereedschap] inleveren: eliǝvǝrǝ (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Julia]), enlīǝvǝrǝ (Kerkrade  [(Domaniale / Wilhelmina)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]) Werktuigen bijvoorbeeld voor reparatie inleveren. De plaatselijke term voor "gereedschap" vindt men in het lemma Gereedschap. [N 95, 724] II-5
gereedschap waarmee men de darmen schoonmaakt plankje: plankje (Kerkrade), plɛŋkskǝ (Kerkrade) Behalve de voorafgenoemde gereedschappen ''mes'', ''lepel'', ''balein'' en ''(haar)speld'' (zie de desbetreffende lemmata) gebruikt men nog verschillende andere middelen om de darmen schoon te maken. In ieder geval moeten de voorwerpen bot zijn, omdat een scherp gereedschap de darm gemakkelijk zal beschadigen. [N 28, 118] II-1
gereedschap waarmee men invet kwast: kwās (Kerkrade) De borstel, lap, vod enz. waarmee olie, vet, boter enz. op bakblik, bakplaat e.d. worden aangebracht. [N 29, 38b] II-1
gereedschapskist getuigkist: [getuig]kes (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Domaniale]), getuigskist: jǝtsyxskes (Kerkrade  [(Domaniale / Wilhelmina)]   [Julia]) Kist waarin de mijnwerker zijn materiaal kan opbergen. De "geschierkist" (Q 21) werd op de mijn Maurits gebruikt door de post-stutter. Een gereedschapskist in een pijler werd daar "pinnenkist" genoemd. Voor de fonetische documentatie van de tussen haken geplaatste woorddelen zie men het lemma Gereedschap. [N 95, 704; monogr.] II-5
gereedschapsmagazijn geschiermagazijn: jǝšiǝrmajazīn (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Willem-Sophia]), getuigmagazijn: jǝtsyxmajazīn (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Domaniale]), jǝtsyxmajǝzīn (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Domaniale]), magazijn: majǝtsīn (Kerkrade  [(Wilhelmina)]   [Zolder]) Ruimte ondergronds waar het gereedschap aan de mijnwerkers wordt uitgereikt en na gebruik weer wordt opgeborgen. [N 95, 727] II-5
gereedschapsring geschierpin: jǝš''īǝrpe.n (Kerkrade  [(Wilhelmina)]   [Willem-Sophia]), getuighaak: [getuig]hǫǝk (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Domaniale]), getuigpin: [getuig]pen (Kerkrade  [(Domaniale / Wilhelmina)]   [Domaniale]), getuigring: [getuig]reŋk (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Domaniale]), getuigspin: jǝtsyxspe.n (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Maurits]) Grote metalen ring waaraan het gereedschap dat voorzien is van een gat, kan worden geregen. De gereedschapsring kan met behulp van een hangslot worden afgesloten en wordt uitsluitend in pijlers gebruikt. Volgens invullers uit Q 121 en Q 121c was de "getuigpin" voorzien van een plaatje met daarop het nummer van de mijnwerker. Voor de fonetische documentatie van de tussen haken geplaatste woorddelen zie men het lemma Gereedschap. [N 95, 763; monogr.] II-5