32739 |
keerstrook, wendakker |
keer:
kīr (Q121p Kerkrade)
|
Een keerstrook of wendakker is de strook grond aan het uiteinde van een akker waar de ploeg gekeerd wordt. Deze strook ligt dwars op de voren van het groot geploegd middendeel. Als men aan het voor- en achtereinde van de akker niet op een belendend perceel of op een (veld)weg kan keren, heeft men twee keerstroken nodig. De keerstrook werd oorspronkelijk onbebouwd gelaten, later werd ook zij geploegd. Een aantal benamingen kunnen ook gebruikt worden voor een strook grond in het algemeen; soms wordt er op gewezen dat men via de keerstrook toegang tot het perceel heeft. De strook is breder dan normaal als zij in de lengterichting aan een afrastering of haag grenst. [N 11, 50a; N 11A, 125b; JG 1a + 1b + 1c; JG 2b + 2c; A 18, 2; A 33, 3 + 4 + 5; L B2, 246; L 34, 47; monogr.]
I-1
|
19926 |
keffen |
kefferen:
ideosyncr.
keffere (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade)
|
Hoe noemt u hoog en snel blaffen, vooral van kleine honden (keffen, kneffen) [N 83 (1981)]
III-2-1
|
22790 |
kegel |
boer?:
Sub boer: Heë wurpt dr linke - (bij het kegelen).
boer (Q121p Kerkrade),
kegel:
kejel (Q121p Kerkrade)
|
[Kegel?] || Kegel.
III-3-2
|
22497 |
kegelbaan |
kegelbaan:
kejelbaan (Q121p Kerkrade)
|
Kegelbaan.
III-3-2
|
23063 |
kegelbal |
kegelklots:
kejelklots (Q121p Kerkrade)
|
Kegelbal.
III-3-2
|
23064 |
kegelbal add. |
kogel:
Mit ing - ze alle nüng treffe (kegelspel).
koeëjel, koeëgel (Q121p Kerkrade)
|
Kogel.
III-3-2
|
22418 |
kegelen |
kegelen:
kejele (Q121p Kerkrade),
NB kejeler: kegelaar.
kejele (Q121p Kerkrade)
|
De sport bedrijven waarbij met een bal getracht moet worden een aantal flesvormige houten voorwerpen, de kegels, omver te werpen [kegelen, bollen]. [N 88 (1982)] || Kegelen.
III-3-2
|
22789 |
kegels (mv.) |
kegelen:
mɛti ke.gələ wɛ.ət nitmi.ə jəsjpilt (Q121p Kerkrade)
|
met de kegels wordt er niet meer gespeeld [RND]
III-3-2
|
23034 |
kegelspel |
kegelspel:
kejelsjpel (Q121p Kerkrade)
|
Kegelspel.
III-3-2
|
23066 |
kegelspel add. |
afschramen:
De poeddele - (bij het kegelspel).
aasjröame (Q121p Kerkrade),
krans:
Heë hauw dr - jewórpe: alle kegels behalve de koning.
krans (Q121p Kerkrade),
stina:
sjtiena (Q121p Kerkrade)
|
Aanstrepen. || Worp bij het kegelen, waarbij men alleen de drie middelste kegels omgooit. || z. toel.
III-3-2
|