e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kerkrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
laag grond laag drek: loach drek (Kerkrade) laag grond [laag, scheel, bank] [N 81 (1980)] III-4-4
laars (alg.) stevel: stevvel (Kerkrade), stêvel (Kerkrade), Zie ook afb. p. 261.  sjtieëvel (Kerkrade), sjtivvel (Kerkrade) laars [bot, steevel, buus, kamasj] [N 24 (1964)] || stevel, laars III-1-3
laars tot of boven de knie gamasche: kamaasj (Kerkrade) laars waarbij de schacht het hele onderbeen bedekt [kapleers, kapsjtievel, kamasj] [N 24 (1964)] III-1-3
laarzenschacht schacht: sjaft (Kerkrade), schachtje: schefke (Kerkrade), stevelschacht: stevvelsjach (Kerkrade) laarzenschacht, bovenleer van schoen || schacht van een laars [sjach, sjteevelschach] [N 24 (1964)] III-1-3
laatste oordeel laatste oordeel: het letste oerdeel (Kerkrade) Het laatste oordeel. [N 96D (1989)] III-3-3
labiel geplaatste ondersteuning knipval: knepval (Kerkrade  [(Domaniale / Wilhelmina)]   [Domaniale]), val: val (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Laura, Julia]) Een labiel geplaatste ondersteuning, een ondersteuning die dreigt het te begeven. [N 95A, 10; monogr.] II-5
ladder ladder: lɛdǝr (Kerkrade) Een ladder met bovenaan een lat waaraan een koord bevestigd is. Het geschoren en gereinigd varken wordt met de rug op de ladder gelegd. Als de achterste poten aan de bovensporten van de ladder zijn vastgesjord, wordt ze overeind gezet. Het varken komt met de snuit omlaag te hangen. [N 5aII, 62b; N 28, 64; N 28, 67; monogr.] II-1
ladderafdeling klim: klim (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Domaniale]), kløm (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Maurits]), klimmegang: klø̜mǝjaŋk (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Domaniale]), leddergang: lɛdǝrja.ŋk (Kerkrade  [(Domaniale / Wilhelmina)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]) Het gedeelte van de schacht waar men door middel van ladders de ondergrond kan bereiken. De ladderafdeling wordt uit veiligheidsoverwegingen aangelegd. Hij wordt gebruikt wanneer het kooivervoer uitvalt. Uit de opmerkingen van de invuller uit Q 15 blijkt dat dit niet vaak is voorgekomen; genoemde zegsman heeft het op de mijn Maurits alleen meegemaakt tijdens een bombardement in de Tweede Wereldoorlog. [N 95, 87; monogr.] II-5
ladderbankje ledderbankje: lɛdǝrbɛŋksjǝ (Kerkrade) Plankje met uitklapbare steun dat met behulp van haken aan de sporten van de ladder bevestigd kan worden. Op deze wijze ontstaat een horizontaal vlak waarop gereedschap kan worden gelegd of dat de basis kan vormen voor bijvoorbeeld een loopplank. [N 67, 63k] II-9
ladderschoen ledderschoen: lɛdǝršǫŋ (Kerkrade) Kunststof dop aan de onderzijde van de zijbalken van een ladder die verhindert dat de ladder in uitgeklapte toestand kan gaan schuiven. [N 67, 63n] II-9