e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kerkrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
produktiegereed vaardig: vēǝdix (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Domaniale, Wilhelmina]) Gezegd van een pijler die gereed is om in produktie gebracht te worden. [N 95, 198] II-5
proeven keuren: koare (Kerkrade, ... ), koren (Kerkrade, ... ), kosten (du.): köste (Kerkrade), proeven: preuve (Kerkrade, ... ), preuvə (Kerkrade), prøvən (Kerkrade), prø̄və (Kerkrade) proeven [ZND A2 (1940sq)] || proeven [pruuve, pruujve] [N 10 (1961)] || proeven; Hoe noemt U: Een kleine hoeveelheid voedsel of drank in de mond nemen om te onderzoeken hoe het smaakt (keuren, proeven) [N 80 (1980)] III-1-1, III-2-3
profeet profeet: profieët (Kerkrade) Een profeet [profieët]. [N 96D (1989)] III-3-3
profielbalken schenen: šenǝ (Kerkrade), šęnǝ (Kerkrade) IJzeren profielijzers, vaak met I-vormige doorsnede, die worden gebruikt bij het vervaardigen van een troggewelf. Zie ook afb. 33. D.i.n. in het woordtype 'd.i.n.-balken' is een afkorting van ø̄deutsche Industrienormø̄. [N 32, 20b; monogr.] II-9
profiteren profiteren: proffietere (Kerkrade), profietere (Kerkrade) een goed, nuttig gebruik maken, voordeel trekken van een gelegenheid [blaaien, profiteren, luizen] [N 85 (1981)] || profiteren III-1-4
promotie maken bevorderd werden: bǝvø̄ǝdǝrt wēǝdǝ (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Julia]) In rang bevorderd worden of meer loon krijgen. [N 95, 1003] II-5
pronken pronken: brónke (Kerkrade), stensen: [vgl. WNT: stensen, dwingen, pruilen]  sjtense (Kerkrade) in het oog lopend opgeschikt, in het openbaar zich voordoen, pralen [pronken, prijken, spiegelen, pralen] [N 86 (1981)] || paraderen III-1-3
pronkveer op een hoed pluim: plüm (Kerkrade) veer, pluim III-1-3
pront chic (fr.): sjiek (Kerkrade) goed uitziend [pront, aldeur, tekkelijk, mooi] [N 85 (1981)] III-1-4
proosten aanstoten: a-sjtoeëse (Kerkrade), aa sjtoesə (Kerkrade) proosten; Hoe noemt U: De glazen tegen elkaar aanstoten als teken dat men elkaar veel goeds toewenst (knutsen, klinken, proosten) [N 80 (1980)] III-2-3