19812 |
voetenbankje |
voetbank:
vos˂baŋk (Q121p Kerkrade),
voetbankje:
vósbenks-je (Q121p Kerkrade)
|
Het bankje om de voeten op te zetten [vootebenkske?]. [N 96A (1989)] || voetbank
III-2-1, III-3-3
|
21199 |
voetganger |
voetganger:
vósjenger (Q121p Kerkrade)
|
een persoon die te voet gaat [voetganger, voetreiziger, voeteerder] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
33732 |
voetgangershek |
tourniquet:
tourniquet (Q121p Kerkrade)
|
Een smalle doorgang tussen weien of landerijen. Men kent verschillende vormen zowel van ijzer als van hout gemaakt. Nogal toegepast is een houten of een ijzeren kruis dat kan draaien op een zware paal. Verder komen voor een draaiende haspel of draaimolentje, een hek van latwerk, drie palen in een driehoek geplaatst, twee horizontale balken waar men doorheen moet kruipen, een klapdeurtje of vaste palen die een bocht vormen. De benamingen voor de verschillende vormen wijken zo weinig van elkaar af dat ze in één lemma zijn ondergebracht. [A 25, 6; A 25, 8; L 19B, 5a; L 19B, 6; S 43; monogr.]
I-8
|
31351 |
voetjespasser |
lokpasser:
lǭxpasǝr (Q121p Kerkrade)
|
Passer met rechte benen waarvan de uiteinden naar buiten zijn omgebogen. De voetjespasser wordt gebruikt om de binnenmaten van een hol voorwerp op te meten. Zie ook afb. 84. [N 33, 252j; N 64, 80b; N 66, 1b]
II-11
|
17778 |
voetzool |
zool:
soal (Q121p Kerkrade),
zòəl (Q121p Kerkrade),
zôâl (Q121p Kerkrade)
|
zool [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
22428 |
vogel op de schutsboom |
vogel:
voeejel (Q121p Kerkrade)
|
De houten vogel die afgeschoten moet worden. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
24268 |
vogel, algemeen |
vogel (enk.):
voeëjel (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade),
voeë’jel (Q121p Kerkrade),
vogel (mv.):
mv.
vuejel (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade),
vuëjel (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade)
|
vogel
III-4-1
|
24269 |
vogelmest |
vogelstront:
voeëjelsjtrongs (Q121p Kerkrade)
|
vogelmest (douane) [N 83 (1981)]
III-4-1
|
24487 |
vogelmuur |
muur:
mier (Q121p Kerkrade),
idiosyncr.
mier (Q121p Kerkrade),
vogelsmuur:
voeë’jelsmier (Q121p Kerkrade)
|
muur || Muur (stellaria media 5 tot 30 (cm?) hoog. De stengels zijn liggend of opstijgend, rond, met 1 rij haren; de bladeren zijn eivormig, de onderste gesteeld; de bloemen zijn klein en wit van kleur, de kroonbladeren zijn even lang als, of korter dan de kelk [N 92 (1982)] || muur, plant
III-4-3
|
33620 |
vogelverschrikker |
vogelschrik:
voegelsjrek (Q121p Kerkrade),
vogelverschrikker:
voeëgelversjrekker (Q121p Kerkrade)
|
kruis met lappen in de gedaante van een pop om vogels af te schrikken [DC 26 (1954)]
I-7
|