e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P055p plaats=Kermt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
koffiepot cafè-pot: ka͂fipoͅt (Kermt) pot waarin koffie wordt gezet [N 20 (zj)] III-2-1
koffiezeef, koffiefilter cafè-zift: ps. boven Å hoort nog een ~, combinatieletter niet omgespeld/ te maken  ka͂fizeft (Kermt) zeef; inventarisatie soorten en gebruiksmogelijkheden; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
koken (intr.) koken: kookə (Kermt), kóókə (Kermt) koken [RND], [ZND 04 (1924)] III-2-3
kolk kolk: kǫlǝk (Kermt) De holte in de bedding van de beek of de rivier achter het molenrad van onderslagmolens, veroorzaakt door de scheut van het water. Volgens Janssen (pag. 46) werd de kolk vroeger uitgegraven om de kracht van het water te breken en te beletten dat de sluiswerken ondermijnd werden. Zie afb. 71. [Vds 60; Jan 65; Coe 57; Grof 81] II-3
komen komen: kōmə (Kermt) komen [RND] III-1-2
konijn konijn: kənēͅ.n (Kermt), ook ondergebracht mat. van ZND01, u-130  knên (Kermt), pl.  kənēͅnə (Kermt) konijn [ZND 01 (1922)] || konijn(tje) [Goossens 1b (1960)] III-2-1
konijnenjong jong konijntje: jőͅŋ kneͅi̯nkəs (Kermt) konijn, jongen ve konijn [N 19 (1963)] III-2-1
koning koning: ke.niŋ (Kermt), keening (Kermt) koning [RND], [ZND 01 (1922)] III-3-1
koning en vrouw van een kleur in een hand bruid: (mariage)  eg hèb de browwed (Kermt) Ik heb den heer en de vrouw van harten samen (bij het kaartspel). [ZND 40 (1942)] III-3-2
koningin moederbij: mojǝrbęj (Kermt) Het enige volmaakt vrouwelijke dier in een bijenkolonie. Geslachtelijk is de koningin gelijk aan de werkbij, maar in het larvestadium is de aanstaande koningin gevoed met hoogwaardige voedingsstoffen, de koninginnegelei, en de werkbij niet. In ieder volk is slechts één koningin aanwezig. Haar enige taak bestaat in het leggen van eieren. Zij kan bevruchte of onbevruchte eieren leggen. Uit de bevruchte eieren ontstaan werkbijen of eventueel koninginnen, uit de onbevruchte komen de darren. Een koningin kan een leeftijd van vier à vijf jaar bereiken. Is zij niet meer in staat eieren te leggen en daardoor nutteloos geworden voor de kolonie, dan wordt de oude koningin vervangen door een nieuwe. [N 63, 12d; S 3, L 1a-m; JG 1a + 1b; JG 2b-5, 12; R 3, 42; Ge 37, 37; A 9, 3; monogr.] II-6