e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P055p plaats=Kermt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
plooi plooi: plōj (Kermt) Elk van de rimpels of golfachtige vormen die in een weefsel ontstaan, wanneer zij op korte afstanden in tegengestelde richting omgeslagen worden. Zie voor diverse soorten plooien afb. 45. [N 62, 12c; N 62, 12b; L 40, 50; Gi 1.IV, 35; MW; monogr.] II-7
pofbroek smokkelbroek: smoͅkəlbrōͅk (Kermt) plusfour, een soort pofbroek [N 23 (1964)] III-1-3
poffen poffen: ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "#"(omgespeld: #) staat nog een ~; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de "#"omgespeld.  poͅ~fə (Kermt) afbetaling, Op ~, op de pof kopen [poffen?] [N 21 (1963)] III-3-1
pofmouw pofmouw: po͂ͅfmouw (Kermt) pofmouw van jurk of blouse [N 23 (1964)] III-1-3
poken keuteren: keeteren (Kermt) in de kachel poken [ZND 40 (1942)] III-2-1
politieagent police (fr.): pelus (Kermt), polis (Kermt) Hoe heet << een politieagent >> ? [ZND 40 (1942)] || Politieagent. [ZND 05 (1924)] III-3-1
pollepel potlepel: ™ niet omgespeld  poͅtle͂ͅpəl (Kermt), potleper: poͅtlēpər (Kermt), soeplepel: ™ niet omgespeld  soͅple͂ͅpəl (Kermt) lepel, metalen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || pollepel [ZND 04 (1924)] III-2-1
polsmof mofje: mōͅfkə (Kermt) polsmof, kort gebreid kledingstuk ter verwarming van pols en hand [sjtoek, polsmof, handmufke, armmufke, molleke, moefke] [N 23 (1964)] III-1-3
pommelee, appelschimmel pommelee: pomǝ`lęi̯ (Kermt) Paard met ronde, glanzende plekken in de vorm van appels in het haarkleed, van binnen wit en van buiten zwart. De afwisseling van zwarte en witte haren vormt een cirkelvormig patroon, vooral op de schouders en het kruis. [JG 1a, 1b; N 8, 63c, 63d en 63e] I-9
pompon van een muts floche (fr.): floͅš (Kermt, ... ) pluim van een muts [floes] [N 25 (1964)] III-1-3