e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kermt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
witte aalbes witte sint-jansberen: verzamelfiche, ook mat. van ZND01, u en ZND02, 4  witte sint-jansbēre (Kermt) witte aalbes [ZND 01 (1922)] I-7
witte kanten muts waarop een sierkrans werd gedragen gekroezelde muts: gəkruzəldə moͅəts (Kermt) muts, witte kanten ~ waarop een sierkrans wordt gedragen {afb} [kroezel-, frul-, froezel-, krul-, poffermuts] [N 25 (1964)] III-1-3
witte kanten muts zonder sierkrans kwade muts: kōəmots (Kermt) muts, witte kanten ~ zonder kroon als doordeweekse hoofdtooi, door oudere en minder gegoede vrouwen ook s zondags gedragen {afb} [N 25 (1964)] III-1-3
witte kool kabuis: kabaus (Kermt), kool: kuil (Kermt), witte kool: witə kul (Kermt) [Goossens 1b (1960)] [Lk 05 (1953)] I-7
witte kwikstaart akkermannetje: akkermenneke (Kermt), akkermenneken (alg.) (Kermt), kwikstaartje: kwikstetəjə (Kermt) kwikstaart [ZND 01 (1922)] || kwikstaart (witte) || kwikstaart, wit (Motacilla alba alba L.) [Lk 04 (1953)] III-4-1
witte muts met een strik onder de kin kornetje (<fr.): kərneͅtšə (Kermt) mutsje, witte ~ dat met een strik onder de kin wordt vastgeknoopt [N 25 (1964)] III-1-3
witte muts met fijne plooien en een afhangend strookje kornet (<fr.): kərneͅt (Kermt) muts, witte ~ met fijne plooien om het voorhoofd en een afhangend strookje van achteren {afb} [N 25 (1964)] III-1-3
witte muts met sierkrans en afhangende linten krulmuts: kroͅlmoͅəts (Kermt) muts, grote witte ~ waarop een dikke hoefijzervormige krans met afhangende linten wordt gedragen {afb} [poffer-, kröl-, frul-, knip-, greute muts] [N 25 (1964)] III-1-3
woede vergiftigde kadee: vərgiftigə kadeej (Kermt) gift (woede) [ZND 01 (1922)] III-1-4
wolfseinde halve noord: halvǝ nōrt (Kermt) Driehoekig dakvlak boven een afgeknotte gevel. [N F, 47c; N 4A, 23b; N 4A, 23a; monogr.] II-9