e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kessel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krassen kratsen: kratse (Kessel) krassen [SGV (1914)] III-4-4
kreeft kreeft: kriëf (Kessel) kreeft [SGV (1914)] III-2-3
krekel krekel: krekel (Kessel, ... ) krekel [DC 07 (1939)], [SGV (1914)] III-4-2
krentenbrood krentenweg: krintewek (Kessel), krintewèk (Kessel) krentenbrood [SGV (1914)] || wittebrood met alleen krenten [DC 053A (1978)] III-2-3
kreunen kreunen: kreune (Kessel) kreunen [SGV (1914)] III-1-4
kreupel kreupel: kreupel (Kessel) Kreupel - Kent men in uw dialect het volgende woord in dezelfde of een min of meer afwijkende vorm, zoals b.v. krepel naast kreupel. [DC 17 (1949)] III-1-2
krijgen krijgen: kriege (Kessel) krijgen [SGV (1914)] III-3-1
krom, met bochten krom: kromp (Kessel) krom [SGV (1914)] III-4-4
krommen krommen: kromme (Kessel) krommen [SGV (1914)] III-4-4
krommen, ombuigen krommen: kromme (Kessel), ombuigen: ombuige (Kessel) krommen [SGV (1914)] || ombuigen [SGV (1914)] III-1-2