e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kessel

Overzicht

Gevonden: 2325
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bunder, maat van 10.000 m2 (hectare) bunder: boonder (Kessel) bunder [SGV (1914)] III-4-4
bunzing ulk: ilk (Kessel, ... ), illik (Kessel) bunzing [DC 07 (1939)], [Roukens 03 (1937)], [SGV (1914)] || ulk (bunzing) [SGV (1914)] III-4-2
bus bus: bös (Kessel) bus: Wij moeten ons haasten om de - te halen [DC 27 (1955)] III-3-1
buskruit pulver (<lat.): polfer (Kessel) buskruit [SGV (1914)] III-3-1
bussel uitgedorst stro bos: bus (Kessel), bussel: bø̜sǝl (Kessel) Wanneer het graan uit de aren is geslagen, worden de lege halmen bijeengebonden, vroeger met twee banden. Sinds de komst van de dorsmachines worden de halmen doorgaans dubbel geplooid en met één band in het midden gebonden, of tot pakken geperst. De grondbetekenis van schans is "takkebos, mutserd"; die van het du. Bürde "datgene wat gedragen wordt". Zie ook de toelichting van het lemma ''garve, gebonden schoof'' (4.6.4).' [N 14, 26; JG 1a, 1b, 2c; L 17, 16; L 22, 33b; L 48, 34.3a; Lu 2, 34.3a; R [s], 65; S 5; Wi 16 en 17; monogr.; add. uit R 3, 70 en R 14, 19 en uit het materiaal van lemma 4.6.4 waarbij is aangetekend dat het om gedorste garven gaat] I-4
buurman nabuurman: noaberman (Kessel) buurman [SGV (1914)] III-3-1
buurt nabuur: noaber (Kessel) buurt (in de ~) [SGV (1914)] III-3-1
buurten buurten: buurte (Kessel) buurten (wij gaan ~) [SGV (1914)] III-3-1
canon canon (lat.): canon (Kessel) Het op het sanctus volgende hoofdgedeelte van de mis, de canon = eucharistisch gebed. [N 96B (1989)] III-3-3
canonborden canonborden: canonborde (Kessel) De canonborden op het altaar. [N 96B (1989)] III-3-3